Voetnoten
1.Aanvankelijk ging het om een meeromvattende, deels ook onvoorwaardelijke eis in reconventie, maar die is later verminderd, waardoor een beperkte voorwaardelijke eis in reconventie resteert.
2.Artikel 7:502 lid 1 onder b, onder d en onder g BW.
3.Artikel 7:504 lid 3 BW.
4.Artikel 6:230v lid 3 BW.
5.www.rechtspraak.nl/SiteCollectionDocuments/richtlijn-sanctiemodel-informatieplichten.pdf. Deze richtlijn is opgesteld ten behoeve van de (ambtshalve) toetsing van de naleving van de informatieplichten van afdeling 2B van titel 5 van boek 6 BW, maar moet volgens [eiser] analoog worden toegepast bij de toetsing van de naleving van de informatieplichten van afdeling 2 van titel 7A van boek 7 BW.
6.Artikel 6:233 onder b BW in samenhang met artikel 6:234 BW.
7.Artikel 6:233 onder a BW.
8.Artikel 6:233 onder b BW in samenhang met artikel 6:234 BW. In deze context zijn ook de artikelen 6:230v lid 7 BW en artikel 7:504 BW relevant. Zie ook HvJ EU 24 februari 2022, ECLI:EU:C:2022:112.
9.Artikel 6:230g lid 1 onder e BW.
10.Voor de meeste online gesloten overeenkomsten is dat vastgelegd in artikel 6:230m BW. In geval van een pakketreis, zoals in deze procedure, geldt artikel 7:502 BW.
11.Voor de meeste online gesloten overeenkomsten is dat vastgelegd in artikel 6:230v lid 7 BW. Voor de pakketreisovereenkomst blijkt die verplichting uit artikel 7:504 BW.
12.Dat blijkt uit artikel 6:230v lid 3 BW (in samenhang met artikel 6:230g BW en 6:230h lid 2 onder h BW). Zie ook HvJ EU 7 april 2022, ECLI:EU:C:2022:269, HR 4 oktober 2024, ECLI:NL:HR:2024:1355 en ECLI:NL:HR:2024:1366. 13.Kamerstukken II, 2012-2013, 33 520, nr. 3, p. 10-11, p. 51 (over de informatieplichten van afdeling 2B van titel 5 van boek 6 BW).
14.Het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EU) eist dat de nationale rechter een aantal bepalingen van Europese consumentenbeschermende richtlijnen ambtshalve toepast. Het door die richtlijnen uitgewerkte beschermingsstelsel berust namelijk op de gedachte dat de consument zich tegenover de handelaar in een zwakke onderhandelingspositie bevindt, dat hij over minder informatie dan de handelaar beschikt en dat er een niet te verwaarlozen gevaar bestaat dat de consument met name uit onwetendheid geen beroep zal doen op een rechtsregel die ertoe strekt hem te beschermen. Zie bijvoorbeeld HvJ EU 4 juni 2015, ECLI:EU:C:2015:357.
15.HR 12 november 2021, ECLI:NL:HR:2021:1667. Dit arrest gaat over de informatieplichten van artikel 6:230m en 6:230v BW. Deze vormen de implementatie in ons nationale recht van informatieplichten uit richtlijn 2011/83; niet valt in te zien dat dit arrest niet analoog zou kunnen worden toegepast op informatieplichten uit andere Europese consumentenbeschermende richtlijnen, zoals richtlijn 2015/2302. De informatieplichten uit die richtlijn zijn geïmplementeerd in de artikelen 7:502 en 7:504 BW.. 19.Dat is afhankelijk van wat partijen met elkaar hebben afgesproken. Als zij bijvoorbeeld een garantie overeen zijn gekomen, zijn zij elkaar na levering en betaling mogelijk wel nog iets verschuldigd, waardoor de overeenkomst dan nog niet is uitgewerkt.
20.Artikel 3:44 BW dan wel artikel 6:228 BW.
21.Kamerstukken II, 2012-2013, 33 520, nr. 3, p. 51; de overweging is opgenomen bij de toelichting bij artikel 6:230v lid 3 BW, maar niet valt in te zien dat de wetgever bij schending van andere informatieplichten een ander regime zou hebben beoogd.
22.HR 12 november 2021, ECLI:NL:HR:2021:1677, www.rechtspraak.nl/SiteCollectionDocuments/richtlijn-sanctiemodel-informatieplichten.pdf. 24.Zie ook HR 4 oktober 2024, NJ 2025/87 en NJ 2025/88, m. nt. M.B.N. Loos en HR 4 oktober 2024, AA 2025/0212, m. nt. W.H. van Boom.
25.Artikel 6:212 BW.