Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
[onderneming 1] B.V. in liquidatie (hierna: [onderneming 1] ),
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 14,
- de akte overlegging nadere producties aan de zijde van [eiseres] met producties 11 en 12,
- de spreekaantekeningen van [gedaagde] ,
2.De kern van de zaak
3.De achtergrond van het geschil
- a) Op 4 april 2018 heeft [gedaagde] van de bankrekening van [onderneming 1] € 75.000,00 overgeboekt naar een bankrekening die op naam stond van [A] (hierna: [A] ). [A] heeft dit bedrag dezelfde dag overgeboekt naar [onderneming 3] , een eenmanszaak van [gedaagde] .
- b) Op 4 april 2018 heeft [gedaagde] van de bankrekening van [onderneming 1] € 50.000,00 overgeboekt naar zijn privérekening.
- c) Op 1 mei 2018 heeft [gedaagde] van de bankrekening van [onderneming 1] € 25.000,00 overgemaakt.
- d) Op 12 september 2018 heeft [gedaagde] € 400.000,00 overgemaakt van de bankrekening van [onderneming 1] naar de bankrekening van [onderneming 2] B.V.
4.De beoordeling
diezelfdedag nog door geboekt op de rekening van de eenmanszaak van [gedaagde] , [onderneming 3] . [gedaagde] heeft ter zitting bevestigd dat dit is gedaan om een schuld van [A] aan [onderneming 3] te voldoen. Daarnaast staat vast dat [A] nooit hooi of stro heeft geleverd aan [onderneming 1] . [A] heeft zelf ook verklaard dat later is besproken om met het geld auto’s te kopen, om zo meer geld te verdienen.
voorschot herberekening salaris”. [eiseres] stelt dat ook voor deze betaling geen rechtsgrond bestaat en [gedaagde] daarom onrechtmatig heeft gehandeld. De rechtbank komt tot de conclusie dat [eiseres] haar stelling onvoldoende heeft onderbouwd.
5.De beslissing
- het bedrag van € 400.000,00,met ingang van 12 september 2018,
telkens tot de dag van volledige betaling,