2.4.Medewerkers van de FIOD-ECD hebben een aantal feiten gerelateerd en proces-verbaal opgemaakt van een aantal verklaringen afgelegd door eiser, [E] en [D]. De strekking van het relaas van de medewerkers van de FIOD-ECD en die verklaringen is als volgt:
- Eiser heeft verklaard dat hij een lening had gesloten bij [F], een zakelijke relatie, dat [E] deze verplichting heeft overgenomen en dat daarvoor een getekende leningovereenkomst voorhanden is. [E] heeft verklaard dat hij leningen had verstrekt aan eiser om voorwaarden te scheppen om het zaken doen met [A BEDRIJF] en eiser te continueren, dat hij op verzoek van eiser de lening van € 300.000 van eiser aan [F] heeft afgelost zonder dat er een leningovereenkomst is opgemaakt, dat hij zich niet kon veroorloven het bedrag van € 300.000 niet te betalen en dat eiser en hij aan elkaar vast zaten. Ook heeft [E] verklaard dat hij zich misbruikt voelde door eiser.
- [D] heeft in 2005 een bedrag van € 300.000 overgemaakt naar een Spaanse bankrekening van [A]. Eiser heeft verklaard dat hij geld geleend had van [D], een zakenrelatie, een paar keer in diens auto’s heeft gereden en dat in de leningovereenkomst was afgesproken dat hij het geleende bedrag na zijn pensionering zou terugbetalen. [D] heeft verklaard dat het een lening betrof op initiatief van eiser, dat die geen zakelijke grondslag had, dat er geen rente was bedongen en ook geen afspraken waren gemaakt met betrekking tot de aflossing en dat hij niet wist waarom geen lening aan eiser vermeld was op zijn aangifte inkomstenbelasting.
[D] heeft in 2007 € 200.000 en later € 25.000 overgemaakt naar een Spaanse bankrekening van eiser; [D] heeft overigens verklaard dat de gang van zaken in 2007 identiek was aan die rond de overmaking in 2005.
- De dochter van eiser heeft bij Automobielbedrijf [F BEDRIJF] B.V. (hierna: [F BEDRIJF]) een [AUTOMERK] meegenomen en daarbij een op naam van eiser staande [AUTOMERK] ingeruild voor een bedrag van € 20.000. De verschuldigde huurtermijnen voor die [AUTOMERK] en enkele verkeersboetes werden betaald door [B BEDRIJF]. In juni 2007 is de [AUTOMERK] op naam gezet van eiser. [F BEDRIJF] heeft in 2007 aan de dochter van eiser een bedrag van € 74.000 gefactureerd. Van het gefactureerde bedrag heeft [F BEDRIJF] (na afboeking van de inruilwaarde) € 44.000 afgeboekt met de inkoopwaarde van een [AUTOMERK] van [D] en de resterende € 10.000 heeft hij afgeboekt met een overbetaling door [B BEDRIJF] tot dit bedrag ter gelegenheid van de levering van een [AUTOMERK] aan [B BEDRIJF].
- Eiser heeft verklaard dat hij medio 2000 in Spanje een huis in aanbouw had verkocht aan [E] en na voltooiing als enige het gebruiksrecht daarvan had. [E] heeft verklaard dat hij, [E], aan een trust huur betaalde voor het huis in Spanje en dat eiser het mocht gebruiken.