In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 30 juni 2015 uitspraak gedaan over het verzoek tot verlenging van de machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, hierna te noemen [kind]. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de betrokken partijen, waaronder de gecertificeerde instelling De Jeugd- & Gezinsbeschermers en de ouders van [kind], aanwezig waren. De kinderrechter heeft vastgesteld dat het ouderlijk gezag over [kind] wordt uitgeoefend door de ouders en dat [kind] momenteel verblijft in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp.
De kinderrechter heeft het verzoek tot verlenging van de machtiging gesloten jeugdhulp beoordeeld aan de hand van de Jeugdwet. De GI heeft verzocht om de machtiging voor een periode van zes maanden te verlengen, en dit verzoek is ondersteund door een gedragswetenschapper. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de gronden voor de machtiging nog steeds aanwezig zijn, gezien de ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen van [kind]. De ouders hebben ingestemd met het verblijf van [kind] in de gesloten accommodatie, en de kinderrechter heeft geconcludeerd dat de verlenging van de machtiging noodzakelijk is om de veiligheid en ontwikkeling van [kind] te waarborgen.
De kinderrechter heeft de machtiging gesloten jeugdhulp verlengd met ingang van 1 juli 2015 tot uiterlijk 1 januari 2016. De beslissing is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.