2.1De officier van justitie heeft het volgende verzocht en daartoe aangevoerd.
a. a) Ten aanzien van
[verweerder 1]:
Op [datum] te [plaats] is door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [plaats] een akte opgemaakt (akte van erkenning van de gemeente [plaats] , nummer [nummer] van [datum] ) waarin wordt erkend:
het kind [verweerder 1] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , geslacht ‘man’, moeder [de moeder] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , met toestemming van de moeder en het kind, door [de erkenner] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (hierna mede te noemen: de erkenner).
In het kader van een door de officier van justitie van het Landelijk Parket opgestart strafrechtelijk onderzoek is een identiteitsonderzoek verricht ten aanzien van [verweerder 1] .
Naar aanleiding van een rechtshulpverzoek van het landelijk parket zijn in Colombia diverse documenten betreffende de identiteit van [verweerder 1] aangetroffen. De Colombiaanse autoriteiten hebben bij besluit van 5 september 2011 vanwege de constatering van het bezit van meerdere identiteitsbewijzen als geldig verklaard het id-bewijs ten name van [verweerder 1] .
In dit onderzoek is volgens de officier genoegzaam vastgesteld dat de werkelijke identiteit van het in de genoemde erkenningsakte vermelde kind [verweerder 1] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , is:
[verweerder 1] , geboren op [geboortedatum] , moeder [de moeder] en erkend door [naam].
De officier verzoekt de erkenning (zoals vermeld in de akte van erkenning van de gemeente [plaats] , nummer [nummer] van [datum] ) van [verweerder 1] :
-nietig te verklaren, op grond van artikel 3:40 juncto artikel 3:59 juncto artikel 1:204 van het Burgerlijk Wetboek (BW), wegens de constatering dat genoemd kind ten tijde van de erkenning reeds een vader had. Ten tijde van de erkenning gold reeds volgens het Nederlandse afstammingsrecht, dat een kind geen twee juridische vaders kan hebben en/of;
-te vernietigen op grond van artikel 1:205, tweede lid, BW. Het in stand houden van de genoemde erkenning op grond van onjuiste persoonsgegevens is onaanvaardbaar en in strijd met de openbare orde. Indien de ambtenaar ten tijde van de erkenning op de hoogte was geweest van bovenvermelde feiten, had hij/zij de erkenning moeten weigeren. Verder is het aannemelijk dat de erkenning is verricht om de Nederlandse nationaliteit te verkrijgen, door de geboortedatum [geboortedatum] op te geven, terwijl het betrokken kind in werkelijkheid meerderjarig was ten tijde van zijn erkenning.
b) Ten aanzien van
[verweerder 4]:
Op [datum] te [plaats] is door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [plaats] een akte opgemaakt (akte van erkenning van de gemeente [plaats] , nummer [nummer] van [datum] ) waarin wordt erkend:
het kind [verweerder 4] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , geslacht ‘man’, moeder [de moeder] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , met toestemming van het kind, door [de erkenner] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] .
In het kader van een door de officier van justitie van het Landelijk Parket opgestart strafrechtelijk onderzoek is een identiteitsonderzoek verricht ten aanzien van [verweerder 4] .
De officier heeft aangevoerd dat uit tapgesprekken is gebleken dat [verweerder 4] op een andere dag dan op de erkenningsakte vermeld staat, wordt gefeliciteerd met zijn verjaardag. Naar aanleiding van een rechtshulpverzoek van het landelijk parket zijn in Colombia diverse documenten betreffende de identiteit van [verweerder 4] aangetroffen. De Colombiaans autoriteiten hebben bij besluit van 9 april 2012 vanwege de constatering van het bezit van meerdere identiteitsbewijzen als geldig verklaard het id-bewijs ten name van [verweerder 4] . In dit onderzoek is volgens de officier voldoende vastgesteld dat de werkelijke identiteit van het in de genoemde erkenningsakte vermelde kind [verweerder 4] , geboren [geboortedatum] te [geboorteplaats] is:
[verweerder 4] , geboren [geboortedatum] , moeder [de moeder] , vader [naam] .
De officier verzoekt de erkenning (zoals vermeld in de akte van erkenning van de gemeente
[plaats] , nummer [nummer] van [datum] ) van [verweerder 4] :
-nietig te verklaren, op grond van artikel 3:40 juncto artikel 3:59 juncto artikel 1:204 BW, wegens de constatering dat genoemd kind ten tijde van de erkenning reeds een vader had. Ten tijde van de erkenning gold reeds volgens het Nederlandse afstammingsrecht, dat een kind geen twee juridische vaders kan hebben en/of;
-te vernietigen op grond van artikel 1:205, tweede lid, BW. Het in stand houden van de genoemde erkenning op grond van onjuiste persoonsgegevens is onaanvaardbaar en in strijd met de openbare orde. Indien de ambtenaar ten tijde van de erkenning op de hoogte was geweest van bovenvermelde feiten, had hij/zij de erkenning moeten weigeren. Verder is het aannemelijk dat de erkenning is verricht om de Nederlandse nationaliteit te verkrijgen, door de geboortedatum [geboortedatum] op te geven, terwijl het betrokken kind in werkelijkheid meerderjarig was ten tijde van zijn erkenning.
c) Ten aanzien van
[verweerder 3] :
Op [datum] te [plaats] is door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [plaats] een akte opgemaakt (de akte van erkenning van de gemeente [plaats] , nummer [nummer] van [datum] ) waarin wordt erkend:
het kind [verweerder 3] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , geslacht ‘man’, moeder [de moeder] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , met toestemming van de moeder en het kind, door [de erkenner] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] .
In het kader van een door de officier van justitie van het Landelijk Parket opgestart strafrechtelijk onderzoek is een identiteitsonderzoek verricht ten aanzien van [verweerder 3] .
Uit de tapgesprekken is volgens de officier gebleken dat [verweerder 3] , evenals de hierna te bespreken [verweerder 2] , geen zoon is van de moeder, maar van haar eerder overleden zuster. Naar aanleiding van een rechtshulpverzoek van het landelijk parket zijn in Colombia diverse documenten betreffende de identiteit van [verweerder 3] aangetroffen. De Colombiaanse autoriteiten hebben bij besluit van 9 april 2012 vanwege de constatering van het bezit van meerdere identiteitsbewijzen als geldig verklaard het id-bewijs ten name van [verweerder 3] .
In dit onderzoek is volgens de officier voldoende vastgesteld dat de werkelijke identiteit van het in de genoemde erkenningsakte vermelde kind [verweerder 3] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , is:
[verweerder 3] , geboren [geboortedatum],moeder [moeder].
De officier verzoekt de erkenning (zoals vermeld in de akte van erkenning van de gemeente
[plaats] , nummer [nummer] van [datum] ) van [verweerder 3] :
-nietig te verklaren, op grond van artikel 3:40 juncto artikel 3:59 juncto artikel 1:204 BW en/of te vernietigen op grond van artikel 1:205, tweede lid, BW. Het in stand houden van de genoemde erkenning op grond van onjuiste persoonsgegevens is onaanvaardbaar en in strijd met de openbare orde. Verder is het aannemelijk dat de erkenning is verricht om de Nederlandse nationaliteit te verkrijgen, door de geboortedatum [geboortedatum] op te geven, terwijl het betrokken kind in werkelijkheid meerderjarig was ten tijde van zijn erkenning.
d) Ten aanzien
[verweerder 2] :
Op [datum] te [plaats] is door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [plaats] een akte opgemaakt (akte van erkenning van de gemeente [plaats] , nummer [nummer] van [datum] ), waarin wordt erkend:
het kind [verweerder 2] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , geslacht ‘man’, moeder [de moeder] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , met toestemming van de moeder, door [de erkenner] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] .
In het kader van een door de officier van justitie van het Landelijk Parket opgestart strafrechtelijk onderzoek is een identiteitsonderzoek verricht ten aanzien van [verweerder 2] .
Uit de tapgesprekken is volgens de officier gebleken dat [verweerder 2] , evenals de hiervoor besproken [verweerder 3] , geen zoon is van de moeder, maar van haar eerder overleden zuster. Bij de huiszoeking zijn meerdere documenten gevonden met betrekking tot [verweerder 2] . Bij de uitvoeringsstukken is geen melding gedaan van mogelijk onderzoek naar de vraag of [verweerder 2] en [verweerder 2] mogelijk een en dezelfde persoon betreft. Echter gelet op de informatie uit de tapgesprekken is het volgens de officier aannemelijk dat de werkelijke identiteit van het in de genoemde erkenningsakte vermelde kind [verweerder 2] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , is:
[verweerder 2] , geboren [geboortedatum] , moeder [moeder] , vader (erkenner) [naam].
De officier verzoekt de erkenning (zoals vermeld in de akte van erkenning van de gemeente
[plaats] , nummer [nummer] van [datum] ) van [verweerder 2] :
-nietig te verklaren, op grond van artikel 3:40 juncto artikel 3:59 juncto artikel 1:204 BW, wegens de constatering dat genoemd kind ten tijde van de erkenning reeds een vader had. Ten tijde van de erkenning gold reeds volgens het Nederlandse afstammingsrecht, dat een kind geen twee juridische vaders kan hebben en/of
-te vernietigen op grond van artikel 1:205, tweede lid, BW. Het in stand houden van de genoemde erkenning op grond van onjuiste persoonsgegevens is onaanvaardbaar en in strijd met de openbare orde. Indien de ambtenaar ten tijde van de erkenning op de hoogte was geweest van bovenvermelde feiten, had hij/zij de erkenning moeten weigeren.