Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.vennootschap onder firma [verweerster 1] ,
2.
[verweerster 2], vennoot van verwerende partij sub 1
3.
[verweerder], vennoot van verwerende partij sub 1
beiden wonende te [woonplaats]
1.Het procesverloop
2.De feiten
Je hebt toegegeven dat je geen fysiotherapeutische behandeling van 25 minuten hebt gegeven en dat deze meneer ten tijde van de COPD groepstraining heeft getraind en dat je zijn saturatie hebt opgemeten. Jij vond dit een therapeutische behandeling en hebt deze achteraf in de agenda gedeclareerd op het tijdstip van 12 uur. Op dat moment waren noch jij noch dhr. [naam 1] aanwezig. Ik heb aangegeven dat mijn vertrouwen in jou sterk is gedaald. Vooral omdat het zeker 10 minuten kost om de waarheid boven te krijgen.”
Wij hebben zeer recent geconstateerd dat u bij een patiënt van de praktijk (de heer [naam 1] ) een behandeling fysiotherapie opgeeft, terwijl er feitelijk geen behandeling plaatsvindt. Deze patiënt sport wel zonder begeleiding in de praktijk, maar voor dit sporten wordt geen bedrag in rekening gebracht, althans is geen sportabonnement voor afgesloten.Op maandag 28 september jl. heeft een gesprek met u plaatsgevonden en bent u met bovengenoemde handelwijze geconfronteerd met het verzoek om tekst en uitleg daarover te geven. U bevestigde dat u bij de heer [naam 1] een fysiotherapeutische behandeling declareert, nader de heer [naam 1] zelfstandig heeft gesport in de praktijk.Deze handelwijze van u was aanleiding voor verder onderzoek. Helaas hebben we moeten constateren dat er in ieder geval nog 2 andere patiënten zijn die via deze constructie bij de praktijk sporten. Het onderzoek loopt nog verder.
3.Het verzoek
4.Het verweer
5.De beoordeling
alsnog is verschuldigd. De gevorderde wettelijke verhoging zal worden gematigd tot 20%.
Kamerstukken I, 2013-2014, 33 818, nr. C, pag. 99 en 113).
New Hairstyle)). De kantonrechter moet bij het bepalen van de billijke vergoeding rekening houden met alle (uitzonderlijke) omstandigheden van het geval en die vergoeding moet daarbij aansluiten. Het gaat er uiteindelijk om dat de werknemer wordt gecompenseerd voor het ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever. Ook met de gevolgen van het ontslag kan rekening worden gehouden, voor zover die gevolgen zijn toe te rekenen aan het verwijt dat de werkgever kan worden gemaakt. De billijke vergoeding heeft geen bestraffend doel, maar met de billijke vergoeding kan ook worden tegengegaan dat werkgevers ervoor kiezen een arbeidsovereenkomst op ernstig verwijtbare wijze te laten eindigen.
6.De beslissing
vermeerderd met de wettelijke rente over de proceskosten vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;