Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
2.De feiten
Voor recht verklaart dat [verzoekster] een vordering heeft op wijlen de heer [xxx] van € 150.000,-, vermeerderd met 5% rente berekend vanaf 1 januari 2012, tot aan de dag der algehele voldoening van de vordering, dan wel een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag;
Voor recht verklaart dat [verzoekster] een vordering heeft op wijlen de heer [xxx] van € 240.000,-, vermeerderd met 2,5% rente berekend vanaf 1 april 2019, tot aan de dag der algehele voldoening van de vordering, dan wel een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag;
Voor recht verklaart dat [verzoekster] een vordering heeft op wijlen de heer [xxx] van € 4.507,25 als schadevergoeding van de gemaakte buitengerechtelijke incassokosten;
[yyy] beveelt deze vorderingen sub II tot en met IV te plaatsen op de uitdelingslijst als bedoeld in artikel 4:218 BW, als niet-betwiste concurrente schuld van [xxx] , op straffe van een door de rechtbank in goede justitie te bepalen dwangsom;