In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 13 juli 2023 een tussenvonnis uitgesproken in een geschil tussen CE Credit Management Invest Fund 1 B.V. en een gedaagde partij zonder bekende woon- of verblijfplaats. De eisende partij vorderde betaling van € 273,42, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten, op basis van een overeenkomst die door T-Mobile was gesloten met de gedaagde partij. T-Mobile had deze overeenkomst wegens wanbetaling ontbonden en de vordering overgedragen aan de eisende partij. De kantonrechter heeft ambtshalve de algemene voorwaarden van de eisende partij getoetst aan de wettelijke (pre)contractuele informatieplichten die gelden voor overeenkomsten tussen consumenten en handelaren. De kantonrechter oordeelde dat de eisende partij voldoende had aangetoond dat zij aan deze informatieplichten had voldaan, waardoor de vordering tot betaling van de abonnementskosten toewijsbaar was.
Daarnaast heeft de kantonrechter de vordering tot schadevergoeding en buitengerechtelijke incassokosten beoordeeld. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de eisende partij zich op wettelijke rechten beroept en dat het beding in de algemene voorwaarden ten aanzien van schadevergoeding niet onredelijk is. Echter, de kantonrechter heeft ook opgemerkt dat de eisende partij in de gelegenheid wordt gesteld om zich uit te laten over de vraag of de bepalingen inzake buitengerechtelijke incassokosten in de algemene voorwaarden oneerlijk zijn ten opzichte van de gedaagde partij. De kantonrechter heeft de verdere beslissing aangehouden en de eisende partij bevolen om bij akte op de rol de stellingen nader toe te lichten.