Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De beoordeling
€ 1.497,00, te vermeerderen met de wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. Daarnaast vordert zij veroordeling van de gedaagde partij in de proceskosten.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 22 februari 2023 uitspraak gedaan in een vordering van de besloten vennootschap PHYSIQ B.V. tegen een gedaagde partij die niet is verschenen. De eisende partij vorderde betaling van € 1.497,00, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten, alsook veroordeling in de proceskosten. De vordering was gebaseerd op een overeenkomst tussen een handelaar en een consument, waarbij de eisende partij moest voldoen aan de wettelijke (pre)contractuele informatieplichten zoals vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de eisende partij niet voldoende heeft onderbouwd dat zij aan deze informatieplichten heeft voldaan. De eisende partij heeft enkel gesteld dat de overeenkomst tot stand is gekomen in een gesprek, maar heeft niet verduidelijkt waar dit gesprek heeft plaatsgevonden. Hierdoor kon de kantonrechter niet vaststellen of de gedaagde partij de noodzakelijke informatie op een duidelijke en begrijpelijke wijze heeft ontvangen. De kantonrechter heeft ook opgemerkt dat de eisende partij onvoldoende stellingen heeft gepresenteerd om haar bewijsaanbod te onderbouwen, waardoor dit aanbod niet in overweging kon worden genomen.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter geoordeeld dat de eisende partij niet heeft voldaan aan de eisen van de dagvaarding en de vordering heeft afgewezen. De proceskosten zijn voor rekening van de eisende partij, die ongelijk heeft gekregen, en zijn vastgesteld op nihil voor de gedaagde partij. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. M.M. Kruithof in aanwezigheid van de griffier.