ECLI:NL:RBNHO:2023:537

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
11 januari 2023
Publicatiedatum
26 januari 2023
Zaaknummer
10173465 \ CV EXPL 22-5166
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Verstek
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ambtshalve toetsing van de (pre)contractuele informatieplichten bij overeenkomsten op afstand in het civiele recht

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, op 11 januari 2023 een verstekvonnis uitgesproken in een civiele procedure tussen de besloten vennootschap ENGIE Nederland Retail B.V. en een gedaagde partij die niet is verschenen. De eisende partij, ENGIE Nederland Retail B.V., heeft de gedaagde partij gedagvaard en vorderde betaling van € 1.083,04, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De vordering was gebaseerd op een overeenkomst tot levering van gas en elektriciteit, die door de eisende partij vroegtijdig was beëindigd wegens wanbetaling door de gedaagde partij. De kantonrechter heeft ambtshalve de artikelen 6:230m en 6:230v van het Burgerlijk Wetboek getoetst, die betrekking hebben op de informatieplichten van handelaren bij overeenkomsten op afstand.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de eisende partij voldoende heeft aangetoond dat zij heeft voldaan aan de (pre)contractuele informatieplichten. Dit is onderbouwd met een (voorbeeld)weergave van het aanmeldproces en de bevestiging van de leveringsovereenkomst. De kantonrechter merkte op dat het voor de consument duidelijker zou zijn als hij in de bevestiging zelf wordt gewezen op het herroepingsrecht, in plaats van dat hij daarvoor de productvoorwaarden moet raadplegen. De vordering van de eisende partij werd toegewezen, omdat deze niet onrechtmatig of ongegrond werd bevonden. De gedaagde partij werd in het ongelijk gesteld en veroordeeld in de proceskosten.

De beslissing van de kantonrechter houdt in dat de gedaagde partij moet betalen aan de eisende partij, inclusief wettelijke rente en proceskosten, en dat de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad zijn verklaard. Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 10173465 \ CV EXPL 22-5166
Uitspraakdatum: 11 januari 2023
Verstekvonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ENGIE Nederland Retail B.V.
gevestigd te Zwolle
de eisende partij
gemachtigde: Landelijke Associatie Van Gerechtsdeurwaarders B.V.
tegen
[beschermingsbewindvoerder] , handelende onder de naam [handelsnaam], te [plaats]
in de hoedanigheid van bewindvoerder over het vermogen van
[betrokkene]
wonende te [woonplaats]
de gedaagde partij
niet verschenen

1.Het procesverloop

1.1.
De eisende partij heeft de gedaagde partij gedagvaard. Tegen de gedaagde partij is verstek verleend.

2.De beoordeling

2.1.
De eisende partij heeft gevorderd de gedaagde partij te veroordelen tot betaling van € 1.083,04, te vermeerderen met de wettelijke over € 939,77 vanaf 20 oktober 2022 tot aan de dag der algehele voldoening, met veroordeling van de gedaagde partij in de proceskosten.
2.2.
De eisende partij heeft aan haar vordering ten grondslag gelegd dat zij met de gedaagde partij een overeenkomst tot levering van gas en elektriciteit (hierna: de overeenkomst) heeft gesloten. De eisende partij heeft de overeenkomst vroegtijdig beëindigd wegens wanbetaling door de gedaagde partij. De eisende partij stelt verder dat de gedaagde partij met tijdige en/of volledige betaling van de voorschotten en/of afrekeningen in gebreke is gebleven.
2.3.
De eisende partij heeft gesteld dat de gedaagde partij telefonisch contact heeft opgenomen met de eisende partij. Naar aanleiding van het telefoongesprek is een offerte aan de gedaagde partij toegezonden. De gedaagde partij heeft deze offerte vervolgens geaccepteerd. De overeenkomst kwalificeert daarmee als een overeenkomst op afstand in de zin van artikel 6:230g lid 1 sub e BW. Dat betekent dat moet worden voldaan aan de bepalingen van artikel 6:230m lid 1 en artikel 6:230v BW.
2.4.
De vordering is gebaseerd op een overeenkomst tussen een handelaar en een consument. Bij het sluiten van dergelijke overeenkomsten moet de handelaar voldoen aan de wettelijke (pre)contractuele informatieplichten van Boek 6, titel 5, afdeling 2B van het Burgerlijk Wetboek (BW). Dit ter bescherming van de consument. De handelaar moet gemotiveerd stellen en onderbouwen dat aan deze plichten is voldaan. De kantonrechter moet er ambtshalve op toezien dat die voorschriften worden nageleefd, dus ook als er geen verweer is gevoerd. Zie, onder meer, het arrest van de Hoge Raad van 12 november 2021 (ECLI:NL:HR:2021:1677).
2.5.
De eisende partij heeft een (voorbeeld)weergave van het aanmeldproces en de aan de gedaagde partij verzonden bevestiging van de leveringsovereenkomst, voorzien van een toelichting, overgelegd. De kantonrechter is van oordeel dat de eisende partij hiermee voldoende heeft onderbouwd en toegelicht dat bij het sluiten van de overeenkomst is voldaan aan de (pre)contractuele informatieplichten. Daarbij merkt de kantonrechter nog op dat het voor de consument duidelijker zou zijn als hij in de bevestiging zelf wordt gewezen op het herroepingsrecht dan dat hij voor die informatie de meegezonden productvoorwaarden moet raadplegen.
2.6.
De vordering wordt toegewezen, omdat deze de kantonrechter ook niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt. De gevorderde wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten zijn eveneens toewijsbaar.
2.7.
De gedaagde partij wordt in het ongelijk gesteld en zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt de gedaagde partij tot betaling aan de eisende partij van € 1.083,04, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 939,77 vanaf 20 oktober 2022 tot aan de dag van de gehele betaling;
3.2.
veroordeelt de gedaagde partij tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van de eisende partij tot en met vandaag vaststelt op:
€ 107,22 wegens dagvaardingskosten,
€ 322,00 wegens griffierecht en
€ 124,00 wegens salaris gemachtigde;
3.3.
verklaart de veroordeling(en) in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. I. de Greef en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter