ECLI:NL:RBNHO:2023:6167

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
16 mei 2023
Publicatiedatum
30 juni 2023
Zaaknummer
C/15/339523 / KG RK 23-350
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Rekestprocedure
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om verlof voor conservatoir beslag wegens schending van artikel 21 Rv

In deze zaak hebben verzoekers, handelend onder de namen S-Line Express, MAH Klussenbedrijf en A-Bezorg, op 21 maart 2023 een verzoekschrift ingediend bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, met het verzoek om verlof voor het leggen van verschillende conservatoire beslagen. Dit verzoek werd op 22 maart 2023 toegestaan. Na het leggen van de beslagen heeft de gerekwestreerde, handelend onder de naam ASD Koeriersbedrijf, op verkorte termijn een kort geding aangespannen om de gelegde beslagen op te heffen. De dagvaarding hiervoor werd op 11 mei 2023 aan de verzoekers betekend.

De voorzieningenrechter heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de verzoekers in hun verzoekschrift van 15 mei 2023 geen melding hebben gemaakt van de lopende procedure, namelijk het opheffingsgeding van de eerdere beslagen, dat op dezelfde dag als de zitting van het huidige verzoek zou plaatsvinden. Dit werd gezien als een ernstige schending van artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), dat vereist dat partijen alle relevante feiten volledig en naar waarheid aanvoeren. De voorzieningenrechter oordeelde dat deze schending zo ernstig was dat het verzoek om verlof voor het leggen van de conservatoire beslagen moest worden afgewezen.

De beslissing van de voorzieningenrechter was dan ook om het verzoek af te wijzen, wat werd vastgelegd in de beschikking van 16 mei 2023, ondertekend door mr. L.J. Saarloos.

Uitspraak

RECHTBANK Noord-Holland

Civiel recht
Zittingsplaats Alkmaar
Zaaknummer: C/15/339523 / KG RK 23-350
Beschikking van de voorzieningenrechter van 16 mei 2023
in de zaak van

1.[verzoeker 1],

handelend onder de naam S-Line Express,
wonende te Amsterdam,
2.
[verzoeker 2],
handelend onder de naam MAH Klussenbedrijf,
wonende te Amsterdam,
3.
[verzoeker 3],
handelend onder de naam A-Bezorg,
wonende te Amsterdam,
verzoekers,
advocaat: mr. K.T. Ghaffari te Nijmegen,
tegen
[verweerder],
Handelend onder de naam ASD Koeriersbedrijf,
wonende te Stompetoren,
gerekwestreerde.

1.De procedure

1.1.
Verzoekers hebben bij verzoekschrift van dinsdag 21 maart 2023 aan de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, verlof verzocht om verschillende conservatoire beslagen te mogen leggen. Dit verzoek is toegestaan bij verlof van 22 maart 2023 met kenmerk C/15/337788 / KG RK 23/196. Daarna hebben verzoekers conservatoire beslagen gelegd.
1.2.
Gerekwestreerde heeft met verlof op verkorte termijn een kort geding aanhangig gemaakt ter opheffing van de gelegde beslagen (C/15/339401/ KG RK 23/221).
De dagvaarding daartoe is op 11 mei 2023 aan verzoekers betekend. Uit deze dagvaarding blijkt onder meer dat een van de stellingen van beslagene is dat er ruim voldoende zekerheid voorhanden was voor de door de beslagleggers gestelde vorderingen. Wat hiervan juist is, is op dit moment niet aan de orde bij de beoordeling van het onderhavige verzoekschrift. Wel geldt het volgende.

2.De gronden

2.1.
De beslagsyllabus, versie 2023, vermeldt bij onderdeel A. Voorwaarden conservatoir beslag onder meer het volgende:
Daarnaast zijn partijen ingevolge artikel 21 Rv verplicht voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. Wordt deze verplichting niet nageleefd, dan kan de rechter daaruit de gevolgtrekking maken die hij geraden acht
(Dit geldt ook bij een beslagrekest, vergelijk HR 25 maart 2011, ECLI:NL:HR:2011:BO96751). Zo dient in het beslagrekest melding gemaakt te worden van alle in Nederland (…) lopende (…) procedures die relevant zijn voor een goede beoordeling van de zaak, waaronder mede begrepen eerder ingediende beslagrekesten bij dezelfde of een andere rechtbank.
2.2.
Verzoekers hebben in hun verzoekschrift van 15 mei 2023 geen melding gemaakt van deze “lopende procedure”: het opheffingsgeding van de eerdere beslagen. De zitting in dat opheffings kort geding zou nota bene 16 mei 2023 plaatsvinden en zag op dezelfde beslagen als waarvoor nu – voor een hoger bedrag – opnieuw verlof wordt gevraagd.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat dit een zo ernstige schending van artikel 21 Rv betreft, dat daarvan alleen een afwijzing van het verzoek het gevolg kan zijn. Daarom wordt als volgt beslist.

3.De beslissing

De voorzieningenrechter:
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is gegeven door mr. L.J. Saarloos, op 16 mei 2023 [1]

Voetnoten

1.LJS/LK