Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
Ambtshalve toetsing van de algemene voorwaarden
5.5 Het met een Motorvoertuig verlaten van de Parkeerfaciliteit zonder gebruikmaking van een geldig, door Parking aan Zee geaccepteerd Parkeerbewijs is onder geen beding toegestaan.
.
Indien Parking aan Zee genoodzaakt is een sommatie, ingebrekestelling of ander exploot aan de Klant te doen uitbrengen of in geval van noodzakelijke procedures tegen de Klant, is de Klant verplicht alle daarvoor gemaakte kosten, waaronder de kosten van rechtskundige bijstand, zowel in als buiten rechte, aan Parking aan Zee te vergoeden. Voor zover incassomaatregelen noodzakelijk zijn, worden de buitengerechtelijke kosten tussen partijen bij voorbaat vastgesteld op 15% van de onbetaalde hoofdsom, met een minimum van € 250,-, tenzij hiervoor een andersluidende bindende wettelijke regeling geldt.’
tenzij hiervoor een andersluidende bindende wettelijke regeling geldt’ in artikel 8.2 is onvoldoende duidelijk en begrijpelijk gemaakt dat de hoogte van de buitengerechtelijke incassokosten volgt uit artikel 6:96 BW en het Besluit. Dat geldt te meer nu in afwijking van de wettelijke regeling de hoogte van die kosten op 15% wordt vastgesteld, terwijl op grond van de wettelijke regeling een staffel geldt en de onbetaalde hoofdsom niet op voorhand is gemaximeerd. Bovendien suggereert dit beding dat zodra de eisende partij een sommatie, ingebrekestelling of ander exploot verstuurt incassokosten verschuldigd zijn, terwijl dat pas het geval is nadat er een veertiendagenbrief is verstuurd als bedoeld in artikel 6:96 lid 6 BW. Hiervan mag niet worden afgeweken. De eisende partij krijgt de gelegenheid om zich hierover uit te laten.
6.De beslissing
14 februari 2024voor repliek;