Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
“4
.1. De betalingsverplichting van huurder bestaat uit
- de huurprijs
- de vergoeding voor de onder 6 bedoelde bijkomende leveringen en diensten (servicekosten).
“(…)
“(…)
“(…)
3.Het geschil
i) [gedaagde] zelf schade aan het gehuurde heeft toegebracht door onjuist gebruik,
ii) partijen zijn overeengekomen dat herstel van (onder meer) de inductiekookplaat voor rekening van de huurder komt,
iii) [gedaagde] zelf gehouden is om kleine herstellingen (zoals het ontkalken van de kraan) te doen en
iv) [gedaagde] niet alle gebreken (tijdig) heeft gemeld.
Ten aanzien van de valbeveiliging voert [eiser] aan dat het appartement bij oplevering voldeed aan de daartoe gestelde eisen, maar dat hij bij de gemeente gaat navragen wat de mogelijkheden zijn voor het plaatsen van een valbeveiliging aan de buitenzijde van het gebouw.
4.De beoordeling
5.De beslissing
voor het geval [gedaagde] niet binnen 30 dagen na betekening van dit vonnis aan de veroordeling onder rechtsoverweging 5.1 heeft voldaan, de bovengenoemde huurovereenkomst tussen partijen en veroordeelt [gedaagde] in dat geval om het gehuurde (aan het adres [adres] te ([postcode]) [plaats] te ontruimen met alle personen en zaken die zich vanwege [gedaagde] daar bevinden en het gehuurde onder overgave van de sleutels ter beschikking van [eiser] te stellen,