Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding van MVRDV,
- de akte overlegging producties (1 t/m 7) van MVRDV,
- de incidentele conclusie tot tussenkomst/voeging van DP6 (met producties 1 t/m 18),
- de akte overlegging producties (1 t/m 4) van de gemeente,
- de akte overlegging nadere producties (6, 6a, 8 en 8b) van MVRDV,
- de aanvullende productie 9 van MVRDV,
- de aanvullende producties 19 en 20 van DP6,
- de e-mail van de advocaat van DP6 van 3 juli 2020 te 10:15 uur,
- de e-mail van de advocaat van de gemeente van 3 juli 2020 te 11:42 uur,
- de conclusie van antwoord in het incident tot tussenkomst/voeging van de gemeente,
- de e-mail van de advocaat van DP6 van 3 juli 2020 te 12:12 uur, waarbij bezwaar wordt gemaakt tegen de conclusie van antwoord in het incident van de gemeente,
- de e-mail van de advocaat van de gemeente van 3 juli 2020 te 12:32 uur,
- de op voorhand toegezonden pleitnota tevens akte wijziging van eis van MVRDV,
- de op voorhand toegezonden pleitnota van DP6 in het incident,
- de op voorhand toegezonden pleitnota van DP6 in de hoofdzaak,
- de op voorhand toegezonden pleitnota van de gemeente,
- de mondelinge behandeling via Skype d.d. 3 juli 2020.
2.De feiten in de hoofdzaak en in het incident
"Het instellen en doen functioneren van een ontwerpteam met alle benodigde expertises welk ontwerpteam de Totale Engineering (het ontwerp) dient te verzorgen voor het cultuurcluster te Delfzijl, waarbij het door de gemeente Delfzijl aangedragen Programma van Eisen wordt uitgewerkt tot een Definitief Ontwerp (…)".
(§4.6.).
Stormen Kulturkvartalet Bodø(Noorwegen). Op het desbetreffende referentieformulier B heeft MVRDV daarbij als aanvangsdatum van het project "2009" vermeld en als opleverdatum c.q. datum van afronding project "2015". MVRDV heeft dit referentieproject als volgt toegelicht:
Uw bedrijf is hierdoor in beginsel geselecteerd. (…)"
Stormen Kulturkvartalet Norway, Bodøniet aan de gestelde eisen voldoet. De referentie meldt als datum van oplevering slechts het jaartal 2015, waardoor Aanbestedende dienst niet heeft kunnen c.q. mogen vaststellen dat het project binnen de gestelde termijn van vijf jaar is afgerond. Er is niet voldaan aan de eis een (exacte) datum in te vullen. Zie in dit verband het formulier B, waar staat vermeld: "Opleverdatum c.q. datum afronding project". Overigens heeft Aanbestedende dienst aanwijzingen dat het gebouw reeds door openstelling van het publiek in 2014 is opgeleverd.
Stormenblijkt.
3.De vorderingen in de hoofdzaak en in het incident
4.Het incident
Het standpunt van DP6
tussenkomstin de hoofdzaak, nu bij toewijzing van de primaire vordering van MVRDV sub 1a de belangen van DP6 in het geding zijn. Deze vordering is gericht op intrekking van de herziene selectiebeslissing van 29 mei 2020 en het uitnodigen van (alleen) MVRDV voor de gunningsfase. Toewijzing van deze vordering zou ertoe leiden dat andere gegadigden niet op gelijke wijze worden behandeld. De aanmelding van MVRDV wordt dan immers wél herbeoordeeld, maar die van andere gegadigden - zoals DP6 - niet. Dit klemt te meer, nu de gemeente DP6 ten onrechte niet om een verduidelijking van haar aanmelding heeft gevraagd. DP6 wenst zeker te stellen dat haar aanmelding bij toewijzing van de hiervoor genoemde vordering van MVRDV alsnog opnieuw wordt beoordeeld en dat in dat kader - alsnog - aan haar de maximale score wordt toegekend voor de selectiecriteria 1.3, 5.2 en 5.3. Voor zover de vordering van DP6 tot herbeoordeling van haar aanmelding in de hoofdzaak niet zou worden toegewezen, heeft zij belang bij heraanbesteding.
voegingis erin gelegen dat zij nadelige gevolgen zal ondervinden van afwijzing van de vordering van MVRDV tot intrekking van de herziene selectiebeslissing, nu de selectiebeslissing ten aanzien van DP6 onzorgvuldig is en op onjuiste gronden is genomen. Ten slotte stelt DP6 dat het verzet van de gemeente tegen de interventie van DP6 in deze kort geding-procedure naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is, nu de gemeente bij DP6 - gezien de inhoud van de e-mail van haar advocaat van 18 mei 2020 - het gerechtvaardigd vertrouwen heeft gewekt dat de gemeente akkoord ging met interventie door DP6.
tussenkomst. De gemeente voert daartoe aan dat in de hoofdzaak slechts de vraag voor ligt of MVRDV terecht is uitgesloten vanwege het niet voldoen aan de geschiktheidseisen, terwijl ten aanzien van DP6 slechts relevant is of zij wel of niet te weinig punten voor haar aanmelding toegekend heeft gekregen. Indien de aanmelding van MVRDV alsnog zou worden beoordeeld en zij hiermee alsnog op de ranglijst terechtkomt, dan betekent dat niet dat DP6 recht heeft op een hernieuwde beoordeling van haar aanmelding althans dat een heraanbesteding geïndiceerd is. Het beginsel van gelijke behandeling wordt in dezen ook niet geschonden, nu MVRDV slechts in staat is gesteld om te verduidelijken of zij aan de geschiktheidscriteria voldoet. Dat is geheel iets anders dan de door DP6 bepleite herwaardering van haar puntenaantal aan de hand van een verduidelijking van haar aanmelding. Van gelijke situaties is dus geen sprake. Zowel in het geval dat MVRDV niet als in het geval dat zij alsnog een puntenscore krijgt, ondervindt DP6 daar geen nadelige gevolgen van. DP6 wordt in beide gevallen niet alsnog tot de gunningsfase toegelaten gelet op haar (te lage) klassering bij de puntentoekenning, die onveranderd blijft.
voeging. DP6 ondervindt geen nadeel van een afwijzende beslissing jegens MVRDV in de hoofdzaak. Hiermee verandert de rechtspositie van DP6 immers niet. Indien DP6 meent dat zij in de (herziene) selectiebeslissing te weinig punten toegekend heeft gekregen voor de door haar genoemde selectiecriteria, dan had zij volgens vaste jurisprudentie zelfstandig een kort geding moeten entameren. Zij kan niet in een ander kort geding over de toelating van een partij haar eigen puntenscore ter discussie stellen. De gemeente heeft bij DP6 ook niet het gerechtvaardigd vertrouwen gewekt dat zij geen bezwaar had tegen interventie door DP6 in de reeds door MVRDV aanhangig gemaakte kort geding-procedure.
tussenkomenindien zij een eigen vordering wenst in te stellen tegen (een van) de procederende partijen en voldoende belang heeft zich met dat doel te mengen in het aanhangige geding in verband met de nadelige gevolgen die zij van de uitspraak in de hoofdzaak kan ondervinden. Dat belang kan erin bestaan dat in verband met de gevolgen die de uitspraak in de hoofdzaak kan hebben, benadeling of verlies van een recht van de tussenkomende partij dreigt, dan wel diens positie anderszins kan worden benadeeld (vgl. HR 28 maart 2014, ECLI:NL:HR:2014:768).
voeginggeldt dat op grond van artikel 217 Rv eenieder die belang heeft bij een tussen andere partijen aanhangig geding, kan vorderen zich daarin te mogen voegen. Voor het aannemen van een zodanig belang is voldoende dat de partij die voeging vordert nadelige gevolgen kan ondervinden van een uitkomst van de procedure die ongunstig is voor de partij aan wier zijde zij zich voegt. Onder nadelige gevolgen zijn in dit verband te verstaan de feitelijke of juridische gevolgen die de toe- dan wel afwijzing van de in die procedure ingestelde vordering zal kunnen hebben voor degene die voeging vordert (vgl. HR 24 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:306).
tussenkomst. Vooropgesteld wordt dat MVRDV in de selectiefase is uitgesloten vanwege het niet voldoen aan de geschiktheidscriteria uit de Selectieleidraad, terwijl DP6 niet door de selectiefase is gekomen vanwege een te lage puntenscore, waarmee zij als een niet-winnende aanmelder moet worden gekwalificeerd. MVRDV respectievelijk DP6 hebben daarmee naar het oordeel van de voorzieningenrechter ieder een verschillende rechtspositie in de selectiefase.
daarmeeveranderen de aan DP6 toegekende punten niet en kan zij dus niet alsnog doorgaan naar de gunningsfase.
voegingaan de zijde van MVRDV in de hoofdzaak heeft DP6 naar het oordeel van de voorzieningenrechter evenmin belang, nu bij een ongunstige uitkomst voor MVRDV van de hoofdzaak DP6 daarvan geen nadelige gevolgen zal ondervinden. Alsdan is en blijft haar puntenaantal op de ranglijst immers (ook) onveranderd. Zij kan bij die stand van zaken niet meer in de gunningsfase terechtkomen.
5.De hoofdzaak
Stormenin de voorliggende periode van vijf jaar is opgeleverd. Als adviseur heeft ARUP het gebouw als zodanig ook niet kunnen opleveren. Een eis als hiervoor bedoeld is ook in strijd mag volgens MVRDV slechts betrekking hebben op voltooiing van de opdracht voor de advisering over akoestiek en brandveiligheid door ARUP.
Stormenis, anders dan de gemeente meent, voor wat betreft ARUP voltooid binnen de periode van vijf jaar voorafgaand aan de uiterste datum van aanmelding voor de onderhavige aanbesteding, zodat sprake is van een geldige referentie. Dit blijkt genoegzaam uit de nadere precisering die MVRDV heeft gegeven van het jaartal "2015" in haar aanmelding. Uit de door MVRDV in dit kader aan de gemeente toegezonden nadere stukken blijkt dat het referentieproject door ARUP op 13 augustus 2015, althans zelfs op 1 december 2015 is afgerond. Op 15 april 2016 is het gebouw gereed gemeld bij het Noorse bevoegd gezag, waarvoor ARUP als betrokkene bij de bouw volgens de Noorse wetgeving mee heeft moeten tekenen. Op dat moment waren de werkzaamheden van ARUP voor haar opdrachtgever definitief afgerond. Al deze data liggen binnen de referentieperiode.
Stormenis opgeleverd in een periode van vijf jaar gelegen voor de uiterste aanmeldingsdatum voor de onderhavige aanbestedingsprocedure. Aldus is niet voldaan aan de desbetreffende geschiktheidseis en dat leidt tot uitsluiting.
Stormenop het gebied van advisering over akoestiek en brandveiligheid. Slechts de opleveringsdatum van het gebouw
Stormenals zodanig door de hoofdaannemer aan de opdrachtgever is blijkens de Selectieleidraad relevant. MVRDV heeft slechts stukken overgelegd omtrent de theatertechniek alsmede een gereedmelding ten aanzien van de akoestiek, maar dat ziet niet op de hiervoor bedoelde oplevering van het gebouw als zodanig door de hoofdaannemer aan de opdrachtgever.
[naam 4])
Succhi di Frutta).
Stormenhet gebouw als zodanig door de aannemer aan de opdrachtgever is opgeleverd in de periode gelegen tussen 1 mei 2015 en 1 mei 2020.