In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Groningen, wordt het beroep van eiser tegen de opgelegde boetes door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit beoordeeld. De rechtbank behandelt de boetes die zijn opgelegd op basis van de Meststoffenwet, specifiek voor de overschrijding van gebruiksnormen en het niet naar waarheid invullen van de Aanvullende gegevens landbouwbedrijven 2016 (AGL 2016). De rechtbank concludeert dat de minister de boete voor de overschrijding van de gebruiksnormen heeft herroepen, maar dat de boete voor het niet naar waarheid invullen van de AGL 2016 in stand blijft. De rechtbank oordeelt dat de minister aan eiser een immateriële schadevergoeding moet betalen wegens overschrijding van de redelijke termijn in de procedure. De rechtbank stelt de schadevergoeding vast op € 2.500,-. Daarnaast wordt de boete voor het niet naar waarheid invullen van de AGL 2016 gematigd van € 300,- naar € 210,-. De rechtbank verklaart het beroep van eiser gegrond voor wat betreft de boete en vernietigt het besluit van 1 juni 2022 voor zover het de hoogte van de boete betreft. De uitspraak is gedaan op 2 februari 2023.