Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige belastingkamer van 20 mei 2025 in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
de inspecteur van de Belastingdienst / kantoor Eindhoven
Inleiding
Feiten
Beoordeling door de rechtbank
“Artikel 15. Niet-zelfstandige arbeid
de ter zake daarvan verkregen beloning’. Vertaald naar deze zaak gaat het dan om de vraag welk bedrag, in geval de dienstbetrekking bijvoorbeeld in Frankrijk wordt uitgeoefend, als ‘de ter zake daarvan verkregen beloning’ in Frankrijk mag worden belast. Wat wordt precies bedoeld met ‘de ter zake
daarvanverkregen beloning’? De inspecteur legt het zo uit dat deze regel uit het verdrag überhaupt alleen geldt voor het deel van de beloning (in geld) dat de werkgever heeft betaald voor de feitelijk verrichte arbeid op het schip in het buitenland. De inspecteur knoopt dus (alleen) aan bij het loon voor de dagen/uren waarop daadwerkelijk fysiek arbeid is verricht en met name dus niet op het loon dat genoten wordt gedurende het opnemen van verlofuren.
3.3.3. Indien het bedrag van "de ter zake daarvan verkregen beloning" niet rechtstreeks kan worden vastgesteld, bijvoorbeeld aan de hand van salarisspecificaties, dient het naar tijdsevenredigheid afgeleid te worden uit het verkregen jaarloon. Het Hof heeft, in cassatie onbestreden, geoordeeld dat in het onderhavige geval deze laatste methode dient te worden gevolgd.
rechtstreekskunnen worden vastgesteld zoals bedoeld in rechtsoverweging 3.3.3 van het arrest van de Hoge Raad, zodat er in dit geval
geenaanleiding is om de in rechtsoverweging 3.3.4 en 3.3.5 uitgewerkte dagenbreuk toe te passen. Ook de rechtbank is van oordeel dat de gegevens uit het dossier in dit geval voldoende aanknopingspunten bieden om het loon dat is verkregen ter zake van de in het buitenland verrichte arbeid, rechtstreeks vast te stellen. Dat loon bestaat volgens de rechtbank niet alleen uit het deel dat ziet op de feitelijk fysiek aan boord van het schip verrichte arbeid (de loonstroken met daarop het loon dat is genoten vanwege de feitelijke werkzaamheden verricht aan boord van het schip). Dat loon omvat
allevoordelen en aanspraken die de werknemer van de werkgever geniet als tegenprestatie voor de arbeid die hij aan boord van de schepen heeft verricht. Daaronder valt dus niet alleen het rechtstreeks met de gewerkte uren samenhangende loon in geld, maar ook het bijbehorende gedeelte van andere loonemolumenten zoals pensioenaanspraken, eindejaarsuitkeringen en andere toeslagen, maar ook verlofaanspraken [2] .
nietrechtstreeks toerekenbaar zijn, heeft de inspecteur zich subsidiair op het standpunt gesteld dat toepassing van de dagenbreuk ertoe leidt dat voor 35/199,5 x € 96.103 = € 16.860 van het inkomen een aftrek ter voorkoming van dubbele belasting moet worden verleend. Nu de rechtbank van oordeel is dat de inkomsten wél rechtstreeks toerekenbaar zijn, wordt aan dit subsidiaire standpunt niet toegekomen.