ECLI:NL:RBOBR:2013:BZ8623
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging WGA-uitkering na onzorgvuldig onderzoek
In deze zaak gaat het om de beëindiging van de WGA-uitkering van eiser, die als arbeidsongeschikt was aangemerkt. Eiser ontving een WGA-uitkering en werd geacht 80 tot 100% arbeidsongeschikt te zijn. In 2012 vond er een beoordeling van de arbeidsongeschiktheid plaats, waarbij verweerder concludeerde dat eiser minder dan 35% arbeidsongeschikt was. Op basis van deze beoordeling besloot verweerder de WGA-uitkering per 23 januari 2013 te beëindigen. De rechtbank Oost-Brabant heeft in haar uitspraak van 12 april 2013 het besluit van verweerder vernietigd. De rechtbank oordeelde dat verweerder niet op zorgvuldige wijze had vastgesteld welke beperkingen er voor eiser golden per 23 januari 2013, aangezien er te veel tijd was verstreken tussen het medisch onderzoek op 12 april 2012 en de datum van beëindiging van de uitkering. De rechtbank verwijst naar eerdere jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) die stelt dat een dergelijk besluit niet op elk gewenst moment kan worden genomen en dat er zorgvuldigheidsvereisten zijn waaraan moet worden voldaan. De rechtbank verklaarde het beroep van eiser gegrond en droeg verweerder op om een nieuw besluit te nemen, met inachtneming van de overwegingen in deze uitspraak. Tevens werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser en moest het griffierecht vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 12 april 2013.