ECLI:NL:RBOBR:2016:4712
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens gebrek aan bevoegdheid van gemachtigde
In deze zaak heeft de rechtbank Oost-Brabant op 25 augustus 2016 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure. De eiseres, een besloten vennootschap, heeft beroep ingesteld tegen een uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Eindhoven. De gemachtigde van eiseres, G. Gieben, heeft een beroepschrift ingediend, maar de rechtbank constateert dat er geen stukken zijn overgelegd waaruit blijkt dat de volmachtgever bevoegd is om de machtiging te verstrekken. De rechtbank heeft de gemachtigde de gelegenheid gegeven om deze stukken alsnog te overleggen.
Na het indienen van een uittreksel van de Kamer van Koophandel, blijkt dat de volmachtgever handelt op basis van een 'Volmacht B'. De rechtbank vraagt om verduidelijking van deze volmacht, maar komt tot de conclusie dat de volmachtgever niet zelfstandig bevoegd was om de machtiging te verstrekken. De rechtbank verwijst naar het reglement dat de vertegenwoordigingsbevoegdheid regelt en stelt vast dat de volmacht niet voldoet aan de vereisten die in het reglement zijn gesteld.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank oordeelt dat eiseres had moeten begrijpen dat een machtiging nodig was die was ondertekend door twee bevoegde vertegenwoordigers. Aangezien het verzuim niet binnen de gestelde termijn is hersteld, komt de rechtbank niet toe aan een inhoudelijke behandeling van het beroep. De uitspraak is openbaar gedaan en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.