ECLI:NL:RBOBR:2025:2152
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling WOZ-waarde woning en invloed van erfdienstbaarheid op objectafbakening
In deze uitspraak van de Rechtbank Oost-Brabant op 10 april 2025, in de zaak tussen een eiser en de heffingsambtenaar van de gemeente Eindhoven, staat de vastgestelde WOZ-waarde van een woning centraal. De heffingsambtenaar had de waarde van de woning vastgesteld op € 366.000 voor het kalenderjaar 2023, wat door de eiser werd betwist. De rechtbank beoordeelt of de heffingsambtenaar aannemelijk heeft gemaakt dat deze waarde niet te hoog is. De eiser, eigenaar van de woning, stelt dat de brandgang op het perceel niet meegenomen kan worden bij de waardering, maar de rechtbank oordeelt dat de erfdienstbaarheid geen invloed heeft op de objectafbakening. De rechtbank concludeert dat de heffingsambtenaar voldoende rekening heeft gehouden met de verschillen tussen de woning en de vergelijkingsobjecten. Uiteindelijk wordt het beroep van de eiser ongegrond verklaard, wat betekent dat hij geen gelijk krijgt en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.