In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 18 mei 2021 een tussenuitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Arvato Finance B.V., handelend onder de naam Afterpay, en een gedaagde die niet is verschenen. Eiseres vorderde betaling van een bedrag van € 438,70, vermeerderd met rente en kosten, op basis van een kredietovereenkomst die was aangegaan voor de aankoop van producten via een webwinkel. De kantonrechter heeft vastgesteld dat eiseres niet heeft voldaan aan de wettelijke (pre)contractuele informatieverplichtingen, zoals vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek. Dit betreft onder andere de verplichting om de consument duidelijk te informeren over de kosten van het krediet en de afbetalingstermijn. De rechter heeft aangegeven dat de kredietovereenkomst ambtshalve kan worden vernietigd op grond van artikel 3:40 lid 2 BW, omdat de informatie niet op een duidelijke en begrijpelijke wijze is verstrekt. De zaak is verwezen naar de rol om eiseres in de gelegenheid te stellen zich uit te laten over de vernietiging van de kredietovereenkomst en om de benodigde bewijsstukken te overleggen. De beslissing om de zaak aan te houden is genomen om de consument te beschermen tegen onverantwoorde lening-praktijken en om te waarborgen dat aan de wettelijke vereisten wordt voldaan.