Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- het tussenvonnis van 17 maart 2021 en de daarin genoemde processtukken
- de akte overlegging producties van beide partijen
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 24 juni 2021 en de daaraan gehechte pleitnota’s
- e-mailcorrespondentie naar aanleiding van het proces-verbaal.
2.De feiten
2.3. In het pand waren een snackbar, een pizzeria, twee bovenwoningen, een kantoor en een kamer gevestigd die Onstwedde bedrijfsmatig verhuurde. De exploitatie c.q. de verhuur van het pand, alsmede van het pand aan de [adres 2] te [plaats] , bestaande uit een bovenwoning en een klein café, vormden voor Onstwedde de enige bron van inkomsten.
6.Conclusie:
8.Overleg opdrachtgever
Omdat het pand niet totaal verloren is en de plaats van het ontstaan van de brand zich in het midden van het pand bevindt is het niet mogelijk om zonder meerschade toe te brengen aan onbeschadigde delen van het pand, het vervolgonderzoek te laten plaatsvinden.
Om de schade te beperken is met verzekerde, de schade-expert en de contra expert afgesproken dat zij een gesprek zullen hebben en zullen beoordelen op welke wijze en omvang er gesloopt kan worden waardoor de technisch onderzoekers hun onderzoek naar behoren kunnen uitvoeren.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Het proces-verbaal
Mispelhoef). Het antwoord op de vraag op welk tijdstip de vijfjarige verjaringstermijn start, hangt uiteindelijk af van alle ter zake dienende omstandigheden (o.m. HR 31 oktober 2003, ECLI:NL:HR:2003:AL8186). Uit rechtspraak van de Hoge Raad volgt verder dat onbekendheid met of onzekerheid over de juridische beoordeling van de feiten en omstandigheden die betrekking hebben op de schade en de daarvoor aansprakelijke persoon, niet aan aanvang van de verjaringstermijn van art. 3:310 lid 1 BW in de weg staat. Deze juridische beoordeling ziet niet op de kennis en het inzicht die nodig zijn om de deugdelijkheid van een geleverde prestatie te beoordelen. Het ontbreken van deze kennis of dit inzicht kan immers betekenen dat de benadeelde nog onvoldoende zekerheid heeft verkregen dat schade is veroorzaakt door tekortschietend of foutief handelen van de betrokken persoon (HR 9 oktober 2020 ECLI:NL:HR:2020:1603).
10 november 2021voor het nemen van een akte door beide partijen waarin zij zich uitlaten over de aangekondigde deskundigenrapportage, de persoon van de deskundige en de voorgestelde vragen;