ECLI:NL:RBOVE:2025:3805
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing handhavingsverzoek i.v.m. erfafscheiding
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, gedateerd 16 juni 2025, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn handhavingsverzoek behandeld. Eiser had verzocht om handhavend op te treden tegen een erfafscheiding, bestaande uit gestapelde betonblokken en grindpalen, die voor een bestaande stenen erfafscheiding op perceel [adres 1] was geplaatst. De rechtbank oordeelt dat het college van burgemeester en wethouders van Hardenberg zich terecht niet bevoegd heeft geacht om handhavend op te treden tegen de grindpalen, aangezien deze vergunningsvrij zijn. Echter, de rechtbank concludeert ook dat het college wel bevoegd is om handhavend op te treden tegen de betonblokken, maar dat het college zich op het standpunt heeft kunnen stellen dat handhaving in dit geval onevenredig zou zijn. Eiser kan met zijn verzoek niet bereiken wat hij wil, namelijk het verbreden van het pad, omdat de belangen van de bewoner van het andere perceel om de erfafscheiding te laten staan zwaarder wegen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, waardoor de afwijzing van het handhavingsverzoek in stand blijft.