ECLI:NL:RBROT:2010:BT1894
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding arbeidsovereenkomst en vergoeding bij geschil over ingangsdatum
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 22 oktober 2010 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van een arbeidsovereenkomst. Verzoekers, bestaande uit drie vennootschappen, stelden dat de arbeidsovereenkomst met verweerster op 22 maart 2010 was ingegaan, terwijl verweerster aanvoerde dat deze al op 1 december 2009 was begonnen. Verweerster had geen schriftelijke arbeidsovereenkomst ontvangen, ondanks herhaalde verzoeken, en maakte aanspraak op een vergoeding wegens het niet ontvangen van loon en andere verplichtingen die niet waren nagekomen door de verzoekers. De kantonrechter oordeelde dat er, gezien de omstandigheden, geen arbeidsovereenkomst tot stand was gekomen per 22 maart 2010, en dat de verzoekers onzorgvuldig hadden gehandeld. De kantonrechter overwoog dat indien er geen arbeidsovereenkomst was, er ook geen grondslag was voor een vergoeding ten laste van verweerster. De verzoekers kregen de gelegenheid om hun verzoek in te trekken, en als dit niet gebeurde, werd de arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van 16 november 2010. Tevens werd aan verweerster een vergoeding van € 2.775,00 bruto toegekend, te betalen door de verzoekers, die hoofdelijk aansprakelijk werden gesteld. De proceskosten werden gecompenseerd.