Uitspraak
[verdachte]
- vrijspraak van het onder 2, 3 primair, 4 primair en 5 ten laste gelegde;
- bewezenverklaring van het 1, 3 subsidiair en 4 subsidiair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van zes maanden, met aftrek van voorarrest.
35.750,- euro)
enin [bedrijf]
(bank
)bescheiden,
verduistering.
[benadeelde partij 1], gevestigd te Ridderkerk, ter zake van het onder 1 ten laste gelegde feit. De benadeelde partij vordert een bedrag van € 132.146,62 aan materiële schade.
[benadeelde partij 2], gevestigd te Utrecht, ter zake van het onder 3 ten laste gelegde. De benadeelde partij vordert een bedrag van € 365.641,74 aan materiële schade.
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) maanden;
3 (drie) maanden niet ten uitvoerzal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de
proeftijd, die hierbij wordt gesteld op
2 (twee) jaren, na te melden voorwaarde overtreedt;
algemene voorwaardedat de veroordeelde zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig zal maken;