Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de meervoudige kamer van 3 februari 2015 in de zaken tussen
[a], te [b], eiser,
Procesverloop
.
Beslissing
- verklaart het beroep, voor zover gericht tegen de bij bestreden besluit I gehandhaafde besluiten van 5 juli 2013 inzake het plichtsverzuim en 23 juli 2013 inzake de disciplinaire straf van een salarismaatregel, ongegrond,
- verklaart het beroep, voor zover gericht tegen het bij bestreden besluit I niet‑ontvankelijk verklaarde bezwaar tegen het besluit van 8 augustus 2013 inzake het niet terugplaatsen in de eigen functie, niet-ontvankelijk,
- verklaart het beroep, voor zover gericht tegen het bij bestreden besluit I gehandhaafde besluit van 16 oktober 2013 inzake de weigering toestemming te verlenen tot het verrichten van repressieve nevenwerkzaamheden, niet-ontvankelijk,
- verklaart het beroep tegen het bij bestreden besluit II gehandhaafde besluit van 11 februari 2014 inzake het ontslag ongegrond,
- verklaart het beroep tegen het bij bestreden besluit II niet-ontvankelijk verklaarde bezwaar tegen het besluit van 12 februari 2014 inzake het buitengewoon verlof niet‑ontvankelijk,
- verklaart het beroep, voor zover het is gericht tegen het bij bestreden besluit II gehandhaafde besluit van 19 februari 2014 inzake de schorsing, niet-ontvankelijk.