Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
zaaknummer:ROT 16/5863
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 8 juni 2017 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres,
[derde belanghebbende]., vergunninghoudster,
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 8 juni 2017 uitspraak gedaan in een geschil over de weigering van een omgevingsvergunning voor het plaatsen van een reclamemast met LED-schermen. Eiseres, een bedrijf dat reclamemasten exploiteert, heeft beroep ingesteld tegen het besluit van verweerder, die op 22 september 2015 de vergunning had geweigerd. In het bestreden besluit van 25 juli 2016 werd de vergunning alsnog verleend aan vergunninghoudster, wat leidde tot het beroep van eiseres.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres niet kan worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit oordeel is gebaseerd op de overweging dat het concurrentiebelang van eiseres niet rechtstreeks betrokken is bij het besluit, aangezien de bedrijven van eiseres en vergunninghoudster in verschillende marktsegmenten opereren. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de verkeersveiligheid, die eiseres aanvoert als belang, een algemeen belang is en geen persoonlijk belang van eiseres.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep van eiseres niet-ontvankelijk verklaard, wat betekent dat de rechtbank niet ingaat op de inhoudelijke aspecten van het bouwplan. De uitspraak is openbaar uitgesproken en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Eiseres kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak hoger beroep instellen bij de Raad van State.