Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 5 juni 2023, met bijlagen;
- het antwoord;
- een recente huurspecificatie.
2.Het geschil
- de huurovereenkomst te ontbinden en [gedaagde] te veroordelen om het gehuurde te ontruimen;
- [gedaagde] te veroordelen aan hem te betalen € 2.738,09 met rente, de lopende huur vanaf 1 juli 2023 tot het einde van de huurovereenkomst en vanaf dat moment een gebruiksvergoeding;
- [gedaagde] te veroordelen in de proceskosten;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
3.De beoordeling
Indien een van partijen toerekenbaar tekortschiet in de nakoming van enige verplichting welke ingevolge de wet en/of de huurovereenkomst op haar rust en de andere partij daardoor gerechtelijke en/of buitengerechtelijke maatregelen moet nemen, zijn alle daaruit voortvloeiende kosten voor rekening van de tekortschietende partij.”
redelijkekosten verschuldigd, welke kosten in het besluit zijn gemaximeerd. Volgens artikel 20.3 is de huurder
alleals gevolg van niet-nakoming gemaakte kosten verschuldigd.