In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 3 februari 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Beton Cire Expert B.V. en [naam01] c.s. De eiseres, Beton Cire, vorderde betaling van een openstaand bedrag van € 2.350,00 voor werkzaamheden die zij had verricht. [naam01] c.s. verweerde zich door te stellen dat er sprake was van wanprestatie, omdat de geleverde vloerafwerking niet voldeed aan de verwachtingen en schade had veroorzaakt. De kantonrechter heeft in zijn beoordeling verwezen naar eerdere tussenvonnissen en het deskundigenbericht dat was opgesteld door een benoemde deskundige. Deze deskundige concludeerde dat de aanwezige krassen en andere aantastingen op de vloer het gevolg waren van normaal gebruik en dat de kwaliteit van de vloerafwerking in overeenstemming was met de afspraken tussen partijen. De kantonrechter oordeelde dat Beton Cire niet toerekenbaar tekort was geschoten in haar verplichtingen en wees de vordering van [naam01] c.s. in conventie af. De vordering van Beton Cire werd toegewezen, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. Tevens werd [naam01] c.s. veroordeeld in de proceskosten en de kosten van het deskundigenonderzoek. De reconventionele vordering van [naam01] c.s. werd afgewezen. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.