In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 6 januari 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Studentenhuisvesting Nederland (SSN) en een huurder, aangeduid als [gedaagde01]. SSN vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de gehuurde woonruimte vanwege een huurachterstand. De huurovereenkomst betrof een kamer in Rotterdam, met een maandhuur van € 345,00. De huurder had een huurachterstand opgebouwd van € 1.350,00 over de periode van september 2021 tot en met oktober 2022, ondanks een eerder overeengekomen betalingsregeling van € 50,00 per maand. De kantonrechter oordeelde dat de huurachterstand ernstig genoeg was om de huurovereenkomst te ontbinden. De huurder had niet tijdig voldaan aan de betalingsverplichtingen en had de betalingsregeling niet nageleefd. De rechter heeft de huurder veroordeeld om het gehuurde binnen veertien dagen na betekening van het vonnis te ontruimen en de achterstallige huur te betalen, inclusief buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente. De proceskosten werden eveneens aan de huurder opgelegd. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.