In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 26 januari 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschap SPORTS UNLIMITED RETAIL B.V. (hierna: SUR) en twee gedaagden met betrekking tot huurprijsvermindering als gevolg van coronamaatregelen. De eiseres, SUR, had een huurovereenkomst voor een winkelruimte en verzocht om huurprijsvermindering voor de periode van 1 maart 2020 tot en met 30 april 2021, omdat de omzet door de coronamaatregelen aanzienlijk was gedaald. De kantonrechter oordeelde dat de tijdelijke wijziging van de huurovereenkomst op grond van artikel 6:258 BW gerechtvaardigd was, omdat de coronamaatregelen een fundamentele verstoring van het evenwicht in de overeenkomst veroorzaakten.
De kantonrechter heeft in het tussenvonnis van 28 juli 2022 al geoordeeld dat de online-omzet van SUR relevant was voor de beoordeling van de huurprijsvermindering. In de uitspraak werd vastgesteld dat de online-omzet tijdens de huurprijsverminderingsperiode was gestegen, maar dat dit niet voldoende was om de totale omzetdaling te compenseren. De kantonrechter heeft de online-omzet in de berekening van de huurprijsvermindering meegenomen, maar ook rekening gehouden met de inhaalvraag die na de coronamaatregelen ontstond.
De rechter heeft de huurprijsvermindering vastgesteld op een totaalbedrag van € 17.440,61 inclusief btw voor de huurprijsverminderingsperiode. Daarnaast heeft de kantonrechter geoordeeld dat bepaalde artikelen uit de huurovereenkomst en de Algemene Bepalingen buiten toepassing blijven vanwege onvoorziene omstandigheden in het kader van de coronamaatregelen. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat elke partij zijn eigen kosten droeg. Dit vonnis benadrukt de impact van de coronamaatregelen op huurrelaties en de mogelijkheid van huurprijsvermindering op basis van gewijzigde omstandigheden.