In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 25 september 2025 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure tussen [verzoeker] en SDW LEERWERKBEDRIJF B.V. [verzoeker] heeft verzocht om betaling van een transitievergoeding van € 33.437,53 bruto, alsook om vergoeding van buitengerechtelijke kosten en proceskosten. De arbeidsovereenkomst van [verzoeker] was opgezegd door SDW met toestemming van het UWV, omdat SDW haar bedrijfsactiviteiten beëindigde. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [verzoeker] recht heeft op de transitievergoeding, aangezien de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig was beëindigd en SDW geen inhoudelijk verweer heeft gevoerd tegen de vordering. De kantonrechter heeft ook geoordeeld dat de turboliquidatie van SDW geen invloed heeft op het recht van [verzoeker] op de transitievergoeding. De gevorderde wettelijke rente over de transitievergoeding en de buitengerechtelijke kosten zijn toegewezen, evenals de proceskosten aan de zijde van [verzoeker]. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat SDW onmiddellijk moet voldoen aan de veroordelingen, ook als zij in hoger beroep gaat.