In deze zaak vordert eiser, een oproepkracht die als chauffeur werkzaam was bij gedaagde, betaling van achterstallig loon over de maanden november en december 2024. Eiser stelt dat hij in deze maanden 40 uur per maand heeft gewerkt en dat gedaagde het verschuldigde loon van € 1.218,24 bruto niet heeft betaald. Gedaagde betwist deze vordering en stelt dat het loon al volledig en op tijd is betaald. De kantonrechter kan op dit moment geen eindbeslissing nemen en heeft behoefte aan nadere inlichtingen van beide partijen. Daarom wordt een mondelinge behandeling gepland om de zaak te bespreken. Gedaagde heeft eerder om uitstel verzocht om een regeling te treffen, maar heeft geen verdere stukken ingediend. De kantonrechter heeft de zaak aangehouden en wil nu met partijen in gesprek om tot een oplossing te komen. De partijen worden gevraagd om hun beschikbaarheid voor de zitting door te geven en aanvullende stukken in te dienen. De kantonrechter houdt verdere beslissingen aan tot de mondelinge behandeling.