Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
[eiseres] , uit [plaats] , eiseres,
Dienst Toeslagen, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Eiseres verwijst naar de ingebrekestelling van 4 februari 2025 voor het uitblijven van een beslissing op het bezwaar.
Rechtbank Rotterdam
In deze bestuursrechtelijke zaak heeft eiseres op 16 september 2024 een bezwaarschrift ingediend bij de Dienst Toeslagen, die als verweerder optreedt. Eiseres heeft beroep ingesteld wegens het uitblijven van een besluit op haar bezwaar. De verweerder heeft op 10 maart 2025 een verweerschrift ingediend. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat de zaak zich leent voor een beslissing zonder zitting, zoals bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van haar ingebrekestellingen van 15 en 18 januari 2024. Ze stelt dat verweerder uiterlijk op 20 januari 2025 een beslissing op haar bezwaar had moeten nemen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de ingebrekestelling van 4 februari 2025 betrekking heeft op een eerdere beschikking van 13 maart 2024, waarin verweerder aangaf dat de ingebrekestelling onterecht was, omdat er voldoende tijd was om op het bezwaar te reageren.
De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep van eiseres niet-ontvankelijk is, omdat volgens vaste jurisprudentie een (afgewezen) dwangsombesluit of bezwaar tegen een (afgewezen) dwangsombesluit geen voorwerp kan zijn van het verbeuren van een dwangsom. Eiseres voldoet niet aan de vereisten van artikel 4:17 in samenhang met artikel 6:12 van de Awb. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan op 24 april 2025.