Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- het verzoekschrift met bijlagen van de GI, ontvangen op 14 april 2025;
- de beschikking van de kinderrechter van de rechtbank Den Haag van 23 april 2025;
- een brief van [minderjarige] aan de moeder van 25 februari 2025, ingestuurd door de advocaat van de moeder op 16 juni 2025;
- de brief van [minderjarige] aan de kinderrechter van 8 juni 2025, ontvangen op 17 juni 2025.
- de moeder met haar advocaat;
- de advocaat van de vader;
- de stiefmoeder;
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De standpunten
5.De beoordeling
- Aan de GI heeft zij verzocht nader onderzoek te doen in hoeverre, en zo ja, dan welke, plek beschikbaar is waar [minderjarige] kan verblijven, met daarbij uitgewerkt het verloop en de aanpak zoals voor [minderjarige] noodzakelijk is.
- Aan de vader, via de wel aanwezige, stiefmoeder heeft zij verzocht zijn ouderlijk gezag naar behoren uit te voeren. Het is belangrijk dat [minderjarige] onbelast en fijn contact heeft met haar moeder en de vader draagt hierin een grote verantwoordelijkheid. Daarbij is het de taak van de vader en de stiefmoeder om samen te werken en in contact te komen met de jeugdbeschermer om samen te bezien wat [minderjarige] nodig heeft.
- Aan de moeder heeft zij verzocht om duidelijk te maken, in samenwerking met de GI, dat [minderjarige] haar als moeder kan vertrouwen. De kinderrechter ziet dat de moeder hierin hard op weg is, maar het is nu de taak om dat ook aan [minderjarige] te duidelijk te maken zodat zij moeder in haar rol als ouder kan vertrouwen.
6.De beslissing
meervoudige kamer op 16 juli 2025 om 15:30 uur, in het gerechtsgebouw te Rotterdam, Wilhelminaplein 100/125;
- degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- andere belanghebbenden, binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of binnen drie maanden nadat zij op andere wijze daarvan kennis hebben genomen.