ECLI:NL:RBSGR:2006:AZ1404
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- T. van Rij
- Rechtspraak.nl
Objectafbakening en waardering onroerende zaken in geschil
In deze zaak, die voor de Rechtbank 's-Gravenhage is behandeld, gaat het om de objectafbakening en waardering van twee onroerende zaken, gelegen aan [a-straat] 7a en [a-straat] 9 te [Z]. Eiser, eigenaar van de woningen, heeft bezwaar gemaakt tegen de waardebeschikkingen en de aanslagen onroerende-zaakbelastingen 2005, omdat hij van mening is dat de taxateur van verweerder tijdens de inpandige taxatie onvoldoende toegang heeft gehad om een juiste waardering te maken. De taxateur heeft slechts de keuken van [a-straat] 7a kunnen bekijken en heeft geen goed beeld kunnen vormen van de feitelijke situatie. Eiser stelt dat de woningen niet als twee zelfstandige eenheden moeten worden beschouwd, maar dat het gaat om een benedenwoning en een bovenwoning, waarbij de bovenverdieping van [a-straat] 7a niet bereikbaar is vanuit [a-straat] 9.
De rechtbank heeft op 20 oktober 2006 uitspraak gedaan en het beroep van eiser gegrond verklaard. De rechtbank vernietigt de uitspraak op bezwaar, de waardebeschikkingen en de aanslagen onroerende-zaakbelastingen. De rechtbank oordeelt dat verweerder onvoldoende heeft aangetoond dat de objectafbakening correct is en dat de taxatie niet representatief is voor de feitelijke situatie. De rechtbank heeft daarbij in overweging genomen dat de taxateur niet in staat was om de woningen volledig te inspecteren, wat heeft geleid tot onduidelijkheid over de objectafbakening.
De rechtbank gelast dat de gemeente Midden-Delfland het door eiser betaalde griffierecht van € 37 vergoedt. De uitspraak is openbaar gemaakt op dezelfde dag door mr. T. van Rij, in tegenwoordigheid van mr. A.D. van Riel, griffier. De zaak benadrukt het belang van een zorgvuldige taxatie en objectafbakening in het kader van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ).