ECLI:NL:RBZUT:2009:BK7611
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- G. Vrieze
- A.B.A.P.M. Varenhorst
- R.P. van Baaren
- R.M.A.G. van Valderen
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van faillissementsrechter door Harderwijkse ondernemer
In deze zaak heeft de Harderwijkse ondernemer, dhr. S., een verzoek tot wraking ingediend tegen de faillissementsrechter mr. R.M.A.G. van Valderen. De wrakingskamer van de Rechtbank Zutphen heeft op 24 december 2009 geoordeeld dat dhr. S. niet-ontvankelijk is in zijn verzoek. De wrakingskamer stelde vast dat het verzoek te laat was ingediend, aangezien de faillietverklaring al was uitgesproken door mr. Van Valderen. Dhr. S. had op 6 oktober 2009 een mondeling wrakingsverzoek ingediend, maar de wrakingskamer oordeelde dat dit verzoek niet bedoeld is om een onwelgevallig blijkende uitspraak te ondermijnen, vooral niet wanneer er nog hoger beroep openstaat.
De wrakingskamer heeft de procedure en de argumenten van beide partijen zorgvuldig overwogen. Tijdens de behandeling van het wrakingsverzoek op 26 oktober 2009 heeft mr. Van Valderen de leden van de wrakingskamer, mrs. Vrieze, Varenhorst en Van Baaren, gewraakt. De wrakingskamer heeft echter geconcludeerd dat het wrakingsverzoek van dhr. S. niet ontvankelijk was, omdat het verzoek te laat was ingediend, na de uitspraak van de faillietverklaring.
De beslissing van de wrakingskamer is in het openbaar uitgesproken en is gebaseerd op de relevante wetgeving en eerdere jurisprudentie, waaronder de uitspraak van de Hoge Raad van 18 december 1998. De wrakingskamer heeft benadrukt dat een wrakingsverzoek niet kan dienen om een negatieve uitspraak te herroepen, vooral niet als er nog mogelijkheden voor hoger beroep zijn. De zaak is afgesloten met de conclusie dat dhr. S. niet kan worden ontvangen in zijn verzoek tot wraking.