ECLI:NL:RBZWB:2022:229
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Intrekking bijstandsuitkering en terugvordering door Orionis Walcheren na schending inlichtingenplicht
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 19 januari 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, die bijstandsuitkering ontving van Orionis Walcheren, en het Dagelijks Bestuur van Orionis. Eiser had zijn bijstandsuitkering sinds 1 juni 2016, maar deze werd per 1 december 2019 ingetrokken na een onderzoek door de sociale recherche naar zijn activiteiten. Orionis vorderde een bedrag van € 47.562,83 terug, dat ten onrechte was uitgekeerd over verschillende periodes. Eiser had geen adequate informatie verstrekt over zijn werkzaamheden en inkomsten, wat leidde tot de intrekking van zijn uitkering.
Eiser heeft beroep ingesteld tegen het besluit van Orionis, maar is niet verschenen op de zitting. De rechtbank heeft vastgesteld dat Orionis de intrekking van de uitkering en de terugvordering terecht heeft doorgevoerd, omdat eiser zijn inlichtingenplicht heeft geschonden. De rechtbank oordeelde dat de onderzoeksbevindingen van de sociale recherche voldoende bewijs boden voor de conclusie dat eiser op geld waardeerbare activiteiten heeft verricht zonder dit te melden. Eiser's beroep op het evenredigheidsbeginsel en de kinderopvangtoeslagaffaire werd verworpen, omdat hij niet aannemelijk had gemaakt dat zijn situatie vergelijkbaar was.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en er is geen reden voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep binnen zes weken na verzending.