ECLI:NL:RBZWB:2022:3797
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering bijstandsuitkering wegens schending inlichtingenplicht
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 4 juli 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiseres en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Terneuzen. Eiseres ontving sinds 1 november 2012 een bijstandsuitkering, maar het college heeft deze uitkering op 21 oktober 2020 ingetrokken en teruggevorderd op basis van anonieme tips die wezen op mogelijke werkzaamheden van eiseres. Eiseres heeft tegen dit besluit bezwaar gemaakt, maar het college heeft haar bezwaren ongegrond verklaard. Eiseres heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank.
Tijdens de zitting op 25 mei 2022 heeft eiseres, bijgestaan door haar gemachtigde, haar standpunt toegelicht. Het college was niet aanwezig. De rechtbank heeft de relevante feiten en omstandigheden onderzocht, waaronder de anonieme tips en de verklaringen van eiseres en haar vriendinnen. De rechtbank oordeelde dat het college onvoldoende bewijs had voor de stelling dat eiseres in de maanden juni en juli 2020 werkzaamheden had verricht in het restaurant van haar moeder, maar dat er wel voldoende bewijs was voor de schoonmaakwerkzaamheden die eiseres bij vriendinnen had verricht.
De rechtbank concludeerde dat eiseres de inlichtingenplicht had geschonden door deze werkzaamheden niet te melden, wat een rechtsgrond vormde voor de intrekking en terugvordering van de bijstandsuitkering. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en oordeelde dat het college terecht had gehandeld. De uitspraak werd openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.