Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 25 oktober 2022 in de zaak tussen
[naam eiseres] , te [plaatsnaam] , eiseres
Inleiding
Overwegingen
Feiten.
Het bestreden besluit.
Standpunt van eiseres.
Wettelijk kader.
Beoordeling van de rechtbank.
Conclusie.
Schadevergoeding.
Proceskosten en griffierecht.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit voor zover de door eiseres afgedragen omzetbelasting niet op de te korten inkomsten in mindering is gebracht;
- herroept het primaire besluit in zoverre en bepaalt dat de ISD € 63,- in mindering moet brengen op de te korten inkomsten;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde gedeelte van het bestreden besluit;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af;
- draagt de ISD op het betaalde griffierecht van € 49,- aan eiseres te vergoeden;
- veroordeelt de ISD in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 1.518,-.
Informatie over hoger beroep
Bijlage
c. inkomen uit werkzaamheden als marginaal zelfstandige.