Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 12 mei 2023 in de zaak tussen
[belanghebbende], uit [plaats 1], belanghebbende,
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur,
de Staat der Nederlanden (de Minister van Justitie en Veiligheid), de minister.
Inleiding
Feiten
Soort mutatie
Beoordeling door de rechtbank
Conclusie en gevolgen
- vernietigt de uitspraken op bezwaar behoudens de beslissing over de kostenvergoeding;
- vernietigt de navorderingsaanslagen IB/PVV en Zvw en vernietigt de daarmee samenhangende rentebeschikkingen;
- vernietigt de vergrijpboete bij de navorderingsaanslag IB/PVV;
- veroordeelt de minister tot het betalen van een vergoeding van immateriële schade aan belanghebbende tot een bedrag van € 900,
- veroordeelt de inspecteur tot het betalen van een vergoeding van immateriële schade aan belanghebbende tot een bedrag van € 1.100,
- bepaalt dat de inspecteur het griffierecht van € 48 aan belanghebbende moet vergoeden;
- veroordeelt de inspecteur tot betaling van € 1.674 aan proceskosten aan belanghebbende.