ECLI:NL:RBZWB:2023:8928
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen naheffingsaanslag belasting van personenauto’s en motorrijwielen met betrekking tot historische nieuwprijs en schadevergoeding
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 19 december 2023, wordt het beroep van belanghebbende B.V. tegen de naheffingsaanslag in de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (Bpm) beoordeeld. De inspecteur had eerder de naheffingsaanslag verlaagd na het gegrond verklaren van het bezwaar van belanghebbende, maar de rechtbank onderzoekt of de aanslag terecht is opgelegd. De rechtbank concludeert dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd en niet te hoog is, maar dat belanghebbende recht heeft op een immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn van de procedure. De rechtbank oordeelt dat de inspecteur de Bpm moet vaststellen op basis van de historische nieuwprijs van de auto, en dat de door belanghebbende gestelde schade niet voldoende is onderbouwd. De rechtbank wijst de verzoeken van belanghebbende af, behalve de schadevergoeding voor de overschrijding van de redelijke termijn, die op € 1.000 wordt vastgesteld, te betalen door de inspecteur en de Minister van Justitie en Veiligheid.