Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 16 januari 2024 in de zaak tussen
[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende,
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Feiten
en[ex-partner]
zijn de bankrekeningafschriften van beiden opgevraagd en geanalyseerd. Uit de analyse is gebleken dat via de bankrekeningen van[belanghebbende]
relatief weinig (pin-) betalingen hebben plaatsgevonden voor zogenaamde dagelijkse uitgaven, zoals vervoerskosten, kleding, inventaris, voeding en dergelijke. (…) Via de bankrekeningen van[belanghebbende]
blijkt wel dat dergelijke uitgaven hebben plaatsgevonden, echter lijken de gedane uitgaven niet overeen te komen met de volgens het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (NIBUD) vastgestelde bedragen. (…) Derhalve wordt aangenomen dat een deel van de bedoelde uitgaven contant zijn gedaan.
in het [opsporingsonderzoek] . De datum 1 januari 2015 werd gekozen als startdatum voor het financiële (witwas)onderzoek.
en[belanghebbende]
, ga ik uit van de navolgende gegevens:
en[belanghebbende]
bestaat volgens de gemeentelijke basisadministratie uit drie personen, waarvan één de zoon van[belanghebbende]
en[ex-partner]
betreft. (…).
Overwegingen
Overzicht contant geld jaar 2015
Overzicht contant geld jaar 2016
Overzicht contant geld jaar 2017
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de uitspraken op bezwaar behoudens de beslissing inzake de aanslag Zvw 2017 en de beslissing over de kostenvergoeding;
- vernietigt de navorderingsaanslag IB/PVV 2015 en de daarmee samenhangende rentebeschikking;
- vernietigt de navorderingsaanslag IB/PVV 2016 en de daarmee samenhangende rentebeschikking;
- vermindert de aanslag IB/PVV 2017 tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 70.540, handhaaft de overige elementen van deze aanslag en vermindert de daarmee samenhangende rentebeschikking dienovereenkomstig;
- bepaalt dat de inspecteur het griffierecht van € 50 aan belanghebbende moet vergoeden;
- veroordeelt de inspecteur tot betaling van € 875 aan proceskosten aan belanghebbende.