Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 juni 2025 in de zaak tussen
[eiser] h.o.d.n. [bedrijf] , uit [plaats] , eiser
de burgemeester van de gemeente Tilburg, de burgemeester.
Samenvatting
.Eiser krijgt dus geen gelijk. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Procesverloop
18 maart 2024 heeft een hoorzitting plaatsgevonden ten overstaan van de adviescommissie voor de bezwaarschriften van de gemeente Tilburg (de commissie). De commissie heeft de burgemeester in haar advies van 18 juni 2024 geadviseerd het bezwaar deels gegrond en deels ongegrond te verklaren. Daarbij adviseert de commissie de burgemeester om de motivering van het besluit van 1 februari 2024 conform het advies aan te vullen.
Beoordeling door de rechtbank
24-uursbeveiliging kan worden beëindigd, als een tussentijds evaluatiemoment.
tweede lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Tilburg kan de burgemeester besluiten het aanvullend voorschrift dat is verbonden aan de exploitatievergunning te verlengen met de duur van één jaar. Het al dan niet verlengen van een aanvullend voorschrift is een discretionaire bevoegdheid van de burgemeester. Dit houdt in dat de burgemeester een zekere mate van vrijheid heeft om te besluiten dit voorschrift te verlengen. Hij heeft ook een zekere mate van vrijheid om de inhoud daarvan te bepalen. Als er sprake is van een discretionaire bevoegdheid, dan is de toetsing van de bestuursrechter beperkter. De bestuursrechter dient dan te beoordelen of de burgemeester in redelijkheid heeft kunnen besluiten het aanvullend voorschrift te verlengen met de duur van één jaar.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
mr.S. Wilbrink, griffier, op 27 juni 2025 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De griffier is niet in de gelegenheid om de uitspraak te ondertekenen.