ECLI:NL:RBZWB:2025:4321

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
13 juni 2025
Publicatiedatum
9 juli 2025
Zaaknummer
11433070 MB VERZ 24-1656
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete wegens doorrijden bij rood verkeerslicht

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 13 juni 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. De betrokkene had een boete ontvangen voor het negeren van een rood verkeerslicht op de Backer en Ruebweg te Breda op 5 oktober 2023. De betrokkene heeft beroep aangetekend tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting op 13 juni 2025 was de betrokkene niet aanwezig, maar zijn gemachtigde heeft het standpunt van de betrokkene toegelicht. De gemachtigde voerde aan dat de boete niet redelijk was, omdat de betrokkene niet tijdig kon stoppen voor het verkeerslicht. De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat uit het dossier, met name de foto’s, blijkt dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, inderdaad heeft plaatsgevonden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het verkeerslicht 4,3 seconden geel licht heeft gestraald, wat voldoende tijd bood om te remmen. De kantonrechter heeft de argumenten van de gemachtigde verworpen en geoordeeld dat er geen schending van de hoorplicht was, aangezien de betrokkene niet om een hoorzitting had verzocht. De kantonrechter heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om proceskostenvergoeding afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Zittingsplaats Breda
zaaknummer : 11433070 \ MB VERZ 24-1656
CJIB-nummer : 8062 5422 6161 8281
uitspraakdatum : 13 juni 2025
proces-verbaal van de zitting en uitspraak op een beroep op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)
in de zaak van
naam :
[betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [woonplaats]
hierna: betrokkene
gemachtigde : [gemachtigde]

Verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 13 juni 2025. Namens de officier van justitie is verschenen [naam] (hierna: zittingsvertegenwoordiger). Gemachtigde en betrokkene zijn niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Standpunten

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd luidt, kort omschreven: doorgaan bij een driekleurig verkeerslicht (stoplicht) dat op rood staat op de Backer en Ruebweg te Breda op 5 oktober 2023 om 08:10 uur.
Gemachtigde heeft in het beroepschrift samengevat aangevoerd dat de boete niet redelijk is gelet op de omstandigheden waaronder de gedraging heeft plaatsgevonden. Betrokkene kon niet tijdig stoppen voor het rode verkeerslicht. Op basis van de remwegformule had betrokkene tijdig kunnen stoppen maar daar wordt uitgegaan van een reactietijd van één seconde. Dit is een minimum reactietijd onder ideale omstandigheden. Betrokkene is ten onrechte niet gehoord door de officier van justitie. Gemachtigde verzoekt een proceskostenvergoeding.
De zittingsvertegenwoordiger heeft verzocht het beroep ongegrond te verklaren en heeft daartoe het volgende aangevoerd. Een geel verkeerslicht betekent eigenlijk dat je moet remmen omdat het een rood verkeerslicht wordt. Betrokkene reed 59 kilometer per uur en het leek er niet op dat hij remde. Deed betrokkene dit wel, dan was hij niet door rood gereden. De zittingsvertegenwoordiger ziet geen aanleiding om in te gaan op de omstandigheden over de remwegformule. Sinds 22 december 2022 wordt in de inleidende beschikking duidelijk vermeld dat een hoorzitting mogelijk is indien daarom wordt verzocht. De zittingsvertegenwoordiger verwijst naar een uitspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (ECLI:NL:GHARL:4649) en stelt dat de hoorplicht niet is geschonden, nu niet om een hoorzitting is verzocht.

Overwegingen

De kantonrechter is van oordeel dat uit de stukken in het dossier - met name uit de foto’s - voldoende blijkt dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, is verricht.
De kantonrechter ziet in wat gemachtigde heeft aangevoerd geen aanleiding om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant. Het verkeerslicht straalde 4,3 seconden geel licht uit, waardoor betrokkene meer dan voldoende de tijd had om hierop te anticiperen en tijdig te remmen. Zeker in het geval dat een weggebruiker zwaarbeladen is, is extra alertheid vereist.
De boete is dus terecht opgelegd.
De gemachtigde stelt dat sprake is van schending van de hoorplicht in de fase van het beroep bij de officier van justitie, waar betrokkene zelf beroep had ingesteld. In de inleidende boetebeschikking is sinds 22 december 2022 onder het kopje “Niet eens met de boete?” onder andere vermeld “
Wilt u in een gesprek uitleggen waarom u het niet eens bent met de boete? Geef dan ook uiterlijk [datum] aan dat u gehoord wilt worden.” Naar het oordeel van de kantonrechter blijkt hieruit voldoende duidelijk wat het recht om te worden gehoord inhoudt en dat betrokkene hiervan gebruik heeft kunnen maken. Van schending van de hoorplicht is daarom geen sprake (zie ook ECLI:NL:GHARL:2024:4649).
De kantonrechter ziet in wat gemachtigde heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen.
Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard. Gelet hierop is er geen aanleiding voor het toekennen van een proceskostenvergoeding.

Beslissing

De kantonrechter:
  • verklaart het beroep ongegrond;
  • wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.W.M. Speekenbrink, kantonrechter, bijgestaan door de griffier E. Alekperov, en in het openbaar uitgesproken op 13 juni 2025.
Als u het niet eens bent met deze beslissing, dan kunt u binnen 6 weken na de hieronder vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, maar alleen als:
de boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u niet of niet op tijd zekerheid heeft gesteld.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Team strafrecht, Postbus 90008, 4800 PA Breda. Het beroepschrift moet zijn ondertekend door degene die beroep heeft ingesteld of door de gemachtigde.
U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De procedure bij het gerechtshof verloopt geheel schriftelijk, tenzij u in het beroepschrift uitdrukkelijk vraagt om een zitting waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.
Datum verzending: