Uitspraak
uitspraak van de meervoudige kamer van 5 november 2025 in de zaak tussen
[eiser] , uit [plaats] , eiseres,
Dienst Toeslagen, verweerder.
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
5.1 Dit betekent in het geval van eiseres dat verweerder een dwangsom van € 100,- moet betalen voor elke dag waarmee de nadere beslistermijn van 60 weken nu nog wordt overschreden. Daarbij geldt een maximum van € 15.000,-.
Stelt de rechtbank de bestuurlijke dwangsom vast?
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het, met een besluit gelijk te stellen, niet tijdig nemen van een besluit;
- draagt verweerder uiterlijk op 7 augustus 2026 alsnog een besluit op de aanvraag bekend te maken;
- bepaalt dat verweerder aan eiseres een dwangsom van € 100,- moet betalen voor elke dag waarmee hij de hiervoor genoemde termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-;
- stelt de door verweerder te betalen bestuurlijke dwangsom vast op € 1.442,-;
- bepaalt dat verweerder het griffierecht van € 53,- aan eiseres moet vergoeden;
- veroordeelt verweerder tot betaling van € 453,50 aan proceskosten aan eiseres.