Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
A, B, C, D en E, uit [plaats] , eisers
Stichting Diervriendelijk Nederland uit ’s-Gravenhage
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 25 november 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarin eisers, A, B, C, D en E, een beroep hebben ingesteld tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur. Dit besluit betrof de gedeeltelijke openbaarmaking van documenten op basis van de Wet open overheid (Woo). Eisers, die een veehouderij exploiteren, waren het niet eens met de openbaarmaking van gegevens die betrekking hadden op hun bedrijf en vreesden voor represailles van dierenactivisten. De voorzieningenrechter oordeelde dat de minister op goede gronden had besloten om de gevraagde gegevens openbaar te maken, met uitzondering van informatie over de jaren 2016 en 2017, waar het verzoek geen betrekking op had. Het beroep van eisers werd gegrond verklaard voor deze jaren, maar ongegrond voor de overige gegevens. De voorzieningenrechter wees het verzoek om een voorlopige voorziening af en bepaalde dat de minister de proceskosten van eisers diende te vergoeden. De uitspraak benadrukt het belang van transparantie in het toezicht door de NVWA en de afweging tussen openbaarheid en bescherming van persoonlijke levenssfeer.