ECLI:NL:RVS:2016:1993
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Lubberdink
- M.L.D.J. van Heijst
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep van vreemdeling tegen besluit college van burgemeester en wethouders Amsterdam inzake onderdakverstrekking
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een vreemdeling tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De vreemdeling had op 17 maart 2015 een verzoek ingediend bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam om onderdak te verstrekken. Het college heeft op 29 juli 2015 het bezwaar van de vreemdeling tegen de afwijzing van dit verzoek ongegrond verklaard. De rechtbank Amsterdam heeft op 4 maart 2016 het beroep van de vreemdeling tegen deze beslissing eveneens ongegrond verklaard. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. J. Sprakel, heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het hoger beroep behandeld en geconcludeerd dat de argumenten van de vreemdeling niet voldoende zijn om de eerdere uitspraak te vernietigen. De aangevoerde gronden voldoen niet aan de eisen van artikel 85 van de Vreemdelingenwet 2000 en er zijn geen vragen gerezen die in het belang van de rechtseenheid of rechtsontwikkeling beantwoord moeten worden. Daarom heeft de Afdeling besloten om de uitspraak van de rechtbank te bevestigen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan op 4 juli 2016 door mr. H.G. Lubberdink, lid van de enkelvoudige kamer, in aanwezigheid van mr. M.L.D.J. van Heijst, griffier. De beslissing is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.