ECLI:NL:RVS:2021:2420
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- J.Th. Drop
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak tegen staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Op 1 november 2021 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin een vreemdeling verzocht om een voorlopige voorziening. De vreemdeling had eerder een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 13 september 2021 niet in behandeling was genomen. Hiertegen had de vreemdeling beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, die op 15 oktober 2021 het beroep ongegrond verklaarde. De vreemdeling ging in hoger beroep en vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, zodat hij niet zou worden overgedragen voordat er op het hoger beroep was beslist en om opvang en verstrekkingen te ontvangen.
De voorzieningenrechter heeft, na beoordeling van de ingediende stukken en de argumenten van de vreemdeling, besloten om de voorlopige voorziening toe te wijzen. Dit betekent dat de vreemdeling niet mag worden overgedragen totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Daarnaast is de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die zijn ontstaan in verband met de behandeling van het verzoek. De kosten zijn vastgesteld op € 748,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak is gedaan in het openbaar en is vastgesteld door de voorzieningenrechter J.Th. Drop, in tegenwoordigheid van griffier D.I. Schipper.