ECLI:NL:RVS:2021:2795
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in vreemdelingenzaak met betrekking tot uitzetting en inreisverbod
Op 13 december 2021 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin een vreemdeling verzocht om een voorlopige voorziening. De vreemdeling was door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid bij besluit van 19 juli 2021 opgedragen de Europese Unie onmiddellijk te verlaten en er was een inreisverbod tegen hem uitgevaardigd. Daarnaast was de vreemdeling in bewaring gesteld. De rechtbank had eerder op 6 augustus 2021 het beroep van de vreemdeling tegen het besluit om hem in bewaring te stellen gegrond verklaard, maar het beroep tegen het uitzettingsbesluit ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat de vreemdeling niet mag worden uitgezet voordat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. De voorzieningenrechter heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten die de vreemdeling heeft gemaakt in verband met de behandeling van het verzoek, tot een bedrag van € 748,00, dat geheel toe te rekenen is aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 13 december 2021.