ECLI:NL:RVS:2023:4173
Raad van State
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen niet in behandeling nemen van asielaanvraag door staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Op 1 augustus 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, die op 28 augustus 2023 het beroep gegrond verklaarde en het besluit van de staatssecretaris vernietigde. De rechtbank heeft de staatssecretaris opgedragen om een nieuw besluit te nemen met inachtneming van de uitspraak. De staatssecretaris heeft vervolgens hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
In het hoger beroep heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de rechtsvraag beoordeeld of de staatssecretaris deugdelijk heeft gemotiveerd dat hij voor Kroatië van het interstatelijk vertrouwensbeginsel mag uitgaan. De Afdeling heeft deze vraag beantwoord in een eerdere uitspraak van 13 september 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3411, en geconcludeerd dat de grief van de staatssecretaris slaagt.
De Afdeling heeft het hoger beroep gegrond verklaard en de uitspraak van de rechtbank vernietigd. Aangezien er geen beroepsgronden zijn die de rechtbank niet heeft besproken, is het beroep van de vreemdeling alsnog ongegrond verklaard. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. J.M. Willems, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. J. van de Kolk, griffier, en is openbaar uitgesproken op 9 november 2023.